Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 1267/1999 tot instelling van een pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid
Artikel 2 In aanmerking komende maatregelen
Geldend
Geldend vanaf 29-06-1999
- Bronpublicatie:
21-06-1999, PbEG 1999, L 161 (uitgifte: 26-06-1999, regelingnummer: 1267/1999)
- Inwerkingtreding
29-06-1999
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-06-1999, PbEG 1999, L 161 (uitgifte: 26-06-1999, regelingnummer: 1267/1999)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
De uit het ISPA gefinancierde communautaire bijstand is bedoeld voor projecten, technisch en financieel zelfstandige projectfases, projectgroepen of projectprogramma's op het gebied van het milieu of het vervoer, hierna gezamenlijk ‘maatregelen’ genoemd. Een projectfase kan ook bestaan uit voorbereidende, haalbaarheids- en technische studies die voor de uitvoering van een project nodig zijn.
2.
Met het oog op de in artikel 1 genoemde doelstellingen verleent de Gemeenschap bijstand uit het ISPA voor:
- a)
milieumaatregelen die de begunstigde landen in staat stellen aan de eisen van de milieuwetgeving van de Gemeenschap te voldoen en de doelstellingen van het Partnerschap voor de toetreding te bereiken;
- b)
maatregelen op het gebied van de vervoersinfrastructuur die duurzame mobiliteit bevorderen, en met name die welke projecten van gemeenschappelijk belang vormen, volgens de criteria van Beschikking nr. 1692/96/EG en die welke de begunstigde landen in staat stellen de doelstellingen van het Partnerschap voor de toetreding te bereiken; deze maatregelen hebben onder meer tot doel de koppeling en de interoperabiliteit van de nationale netwerken onderling en met de trans-Europese netwerken te bevorderen en die netwerken beter toegankelijk te maken.
De maatregelen moeten voldoende omvangrijk zijn om een aanzienlijke uitwerking te hebben op het gebied van de milieubescherming of op de verbetering van de vervoersinfrastructuurnetwerken. De totale kosten van elke maatregel bedragen in beginsel tenminste 5 miljoen EUR. In met redenen omklede gevallen mogen de totale kosten van de maatregel, rekening houdend met de specifieke omstandigheden, minder dan 5 miljoen EUR bedragen.
3.
Er wordt voor een evenwicht gezorgd tussen de milieumaatregelen en de maatregelen op het gebied van de vervoersinfrastructuur.
4.
Bijstand kan ook worden verleend voor:
- a)
voorbereidende studies in verband met in aanmerking komende maatregelen, onder meer die welke nodig zijn voor de uitvoering van die maatregelen, en
- b)
technische ondersteuningsmaatregelen, met inbegrip van voorlichtings- en publiciteitsacties, met name:
- i)
horizontale maatregelen, zoals vergelijkende studies ter beoordeling van de uitwerking van de communautaire bijstand;
- ii)
maatregelen en studies die bijdragen tot de beoordeling van of het toezicht op de projecten of tot de evaluatie of de controle ervan, en tot de versterking en waarborging van de coördinatie en samenhang van de projecten met de Partnerschappen voor de toetreding;
- iii)
maatregelen en studies om een efficiënt beheer en een efficiënte uitvoering van de projecten te garanderen en eventueel nodige aanpassingen aan te brengen.