Wet voorraadvorming aardolieproducten 2012
Artikel 23
Geldend vanaf 01-04-2013
- Bronpublicatie:
20-12-2012, Stb. 2013, 15 (uitgifte: 17-01-2013, kamerstukken: 33357)
- Inwerkingtreding
01-04-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-03-2013, Stb. 2013, 113 (uitgifte: 28-03-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
Energierecht (V)
1.
De begroting van inkomsten en uitgaven en de jaarrekening van COVA behoeven, na door het bestuur van COVA te zijn vastgesteld, de goedkeuring van Onze Minister.
2.
Het bestuur van COVA biedt jaarlijks vóór 1 februari aan Onze Minister ter goedkeuring de begroting voor het betreffende kalenderjaar aan, vergezeld van de nodige toelichting en bescheiden. Indien de begroting niet vóór de aanvang van het kalenderjaar waarvoor zij moet dienen, is goedgekeurd, kan Onze Minister COVA machtigen bepaalde uitgaven te doen.
3.
Het bestuur van COVA biedt Onze Minister jaarlijks vóór 1 juli aan de rekening van inkomsten en uitgaven over het afgelopen kalenderjaar, alsmede een overzicht van de grootte en samenstelling van het vermogen aan het einde van dat jaar en een bijbehorende toelichting. De overgelegde stukken behoeven een verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, die door het bestuur van COVA is aangewezen. Zij gaan verder vergezeld van een verslag van de accountant, bevattende opmerkingen waartoe diens onderzoek aanleiding geeft.
4.
De goedkeuring van de jaarrekening strekt, voor zover het de daarbij goedgekeurde inkomsten en uitgaven betreft, tot decharge van het bestuur, behoudens in geval van later gebleken valsheid in bewijsstukken of andere onregelmatigheden.