Einde inhoudsopgave
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994
Artikel 15 [Betaling]
Geldend
Geldend vanaf 01-06-2023
- Redactionele toelichting
De oorspronkelijke inwerkingtreding van deze wijziging is uitgesteld bij de wet van 20-12-2007, Stb. 563. Inwerkingtreding voorheen: 01-01-2008 (bron iwtr.: 14-12-2006, Stb. 681).
- Bronpublicatie:
14-12-2006, Stb. 2006, 681 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken: 30577)
- Inwerkingtreding
01-06-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-05-2023, Stb. 2023, 166 (uitgifte: 19-05-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingheffing van motorrijtuigen (V)
Belastingheffing van motorrijtuigen / Motorrijtuigenbelasting
1.
In afwijking van artikel 19 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen moet de belasting zijn betaald bij de aanvang van het tijdvak.
2.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld ingevolge welke de belasting in bepaalde gevallen niet bij de aanvang van het tijdvak behoeft te zijn betaald.
3.
Onder bij ministeriële regeling te stellen voorwaarden en beperkingen kan de belasting voor motorrijtuigen waarvoor een kenteken is opgegeven, in maandelijkse termijnen worden betaald.