Einde inhoudsopgave
Penitentiaire maatregel
Artikel 23a [Opgenomen telefoongesprekken gedetineerden]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Redactionele toelichting
Lid 1, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van deze wijziging, blijft van toepassing op telefoongesprekken die zijn opgenomen voor het moment van inwerkingtreding van deze wijziging.
- Bronpublicatie:
24-11-2021, Stb. 2021, 578 (uitgifte: 01-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-11-2021, Stb. 2021, 581 (uitgifte: 02-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Penitentiair recht / Algemeen
1.
Telefoongesprekken die in verband met het toezicht, bedoeld in artikel 39, tweede lid, van de wet worden opgenomen, worden bewaard voor een periode van ten hoogste vier maanden.
2.
Na het verstrijken van de periode, genoemd in het eerste lid, wordt een opgenomen telefoongesprek gewist.
3.
Indien bij de uitoefening van het toezicht blijkt dat een telefoongesprek met een persoon als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de wet is opgenomen, wordt dit opgenomen gesprek terstond gewist.
4.
De gedetineerde wordt van het opnemen van het telefoonverkeer op de hoogte gesteld.
5.
Opgenomen telefoongesprekken worden slechts verstrekt aan derden die ingevolge de uitvoering van hen bij of krachtens de wet opgedragen taken, tot kennisneming daarvan bevoegd zijn.
6.
De verstrekking, bedoeld in het vijfde lid, kan slechts geschieden in verband met:
- a.
de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting;
- b.
de bescherming van de openbare orde of nationale veiligheid;
- c.
de voorkoming of opsporing van strafbare feiten;
- d.
de bescherming van slachtoffers van of anderszins betrokkenen bij misdrijven.