Einde inhoudsopgave
Aanpassing van bijzondere wetten aan de vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Aanpassingswet vierde tranche Awb)
Artikel 2
Geldend
Geldend vanaf 05-03-2009
- Bronpublicatie:
05-03-2009, Kamerstukken 2009, 31124 (uitgifte: 05-03-2009, kamerstukken: A)
- Inwerkingtreding
05-03-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-03-2009, Kamerstukken 2009, 31124 (uitgifte: 05-03-2009, kamerstukken: A)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
De Sanctiewet 1977 wordt als volgt gewijzigd:
- A.
Artikel 10c komt te luiden:
Artikel 10c
Onze Minister van Financiën kan een last onder dwangsom opleggen ter zake van overtreding van regels, gesteld krachtens artikel 10b.
- B.
Artikel 10d komt te luiden:
Artikel 10d
1
Onze Minister van Financiën kan een bestuurlijke boete opleggen ter zake van overtreding van regels, gesteld krachtens artikel 10b.
2
Ten aanzien van de ondernemingen en instellingen, bedoeld in artikel 10, tweede lid, onder a, b, d, f, g en h, is artikel 1:85 van de Wet op het financieel toezicht van overeenkomstige toepassing.
3
Ten aanzien van de instellingen, bedoeld in artikel 10, tweede lid, onder c, zijn de artikelen 26 en 27 en de categorie-indeling in artikel 2 van de bijlage, bedoeld in artikel 22, van de Wet inzake de geldtransactiekantoren van overeenkomstige toepassing.
4
Ten aanzien van de instellingen, bedoeld in artikel 10, tweede lid, onder e, zijn artikel 183 en 184 van de Pensioenwet en artikel 178 en 179 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling, en de categorie-indeling op grond van de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 179 van de Pensioenwet, en de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 174 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling van overeenkomstige toepassing.
- C.
Artikel 10e wordt als volgt gewijzigd:
- 1.
In het eerste lid wordt ‘boete’ telkens vervangen door: bestuurlijke boete.
- 2.
Het tweede lid komt te luiden:
2
Het bedrag van de bestuurlijke boete wordt bepaald door vermenigvuldiging van het bedrag van € 5 445 met de factor die van toepassing is op grond van de in artikel 10d, tweede, derde en vierde lid, bedoelde categorie-indeling.
- 3.
Het derde lid vervalt.