Einde inhoudsopgave
Besluit financiële markten BES
Artikel 2:17 (toelating van bijkantoren)
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2012
- Bronpublicatie:
22-05-2012, Stb. 2012, 238 (uitgifte: 12-06-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-05-2012, Stb. 2012, 240 (uitgifte: 12-06-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Financiële dienstverlening / Financieel toezicht
1.
Het is een kredietinstelling met zetel in het buitenland slechts toegestaan door middel van een bijkantoor in de openbare lichamen het bedrijf van kredietinstelling uit te oefenen, indien:
- a.
de som van de bij het bijkantoor aangehouden betaalrekeningen, spaartegoeden en deposito's per ultimo van het laatst afgesloten boekjaar niet meer bedraagt dan een bij regeling van Onze Minister vast te stellen bedrag; en
- b.
de kredietinstelling zich vanuit het bijkantoor uitsluitend of hoofdzakelijk richt op ingezetenen van de openbare lichamen, Curaçao of Sint Maarten dan wel aldaar gevestigde bedrijven.
2.
Het is een verzekeraar met zetel in het buitenland slechts toegestaan door middel van een bijkantoor in de openbare lichamen het verzekeringsbedrijf uit te oefenen, indien:
- a.
de door het bijkantoor ontvangen bruto premies over het laatst afgesloten boekjaar niet meer bedragen dan een bij regeling van Onze Minister vast te stellen bedrag; en
- b.
de verzekeraar zich vanuit het bijkantoor uitsluitend of hoofdzakelijk richt op ingezetenen van de openbare lichamen, Curaçao of Sint Maarten dan wel aldaar gevestigde bedrijven.
3.
Een kredietinstelling als bedoeld in het eerste lid of een verzekeraar als bedoeld in het tweede lid die niet meer voldoet aan de in het eerste onderscheidenlijk tweede lid gestelde voorwaarden, meldt dit terstond aan de Nederlandsche Bank. De Nederlandsche Bank stelt de kredietinstelling of verzekeraar in de gelegenheid binnen een door haar vast te stellen redelijke termijn alsnog aan de voorwaarden te voldoen dan wel haar onderscheidenlijk zijn activiteiten onder te brengen in een in de openbare lichamen gevestigde of te vestigen rechtspersoon of deze af te wikkelen.
4.
De Nederlandsche Bank kan nadere regels stellen met betrekking tot het eerste lid tot en met het derde lid.