Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2024/1689 tot vaststelling van geharmoniseerde regels betreffende artificiële intelligentie en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 300/2008, (EU) nr. 167/2013, (EU) nr. 168/2013, (EU) 2018/858, (EU) 2018/1139 en (EU) 2019/2144, en de Richtlijnen 2014/90/EU, (EU) 2016/797 en (EU) 2020/1828 (Verordening artificiële intelligentie)
Artikel 55 Verplichtingen van aanbieders van AI-modellen voor algemene doeleinden met een systeemrisico
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2024
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 02-08-2025.
- Bronpublicatie:
13-06-2024, PbEU L 2024, 2024/1689 (uitgifte: 12-07-2024, regelingnummer: 2024/1689)
- Inwerkingtreding
01-08-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-06-2024, PbEU L 2024, 2024/1689 (uitgifte: 12-07-2024, regelingnummer: 2024/1689)
- Vakgebied(en)
Privacy (V)
Intellectuele-eigendomsrecht (V)
Informatierecht / ICT-recht
1.
Naast de in de artikelen 53 en 54 genoemde verplichtingen moeten aanbieders van AI-modellen voor algemene doeleinden met een systeemrisico:
- a)
een modelevaluatie uitvoeren overeenkomstig gestandaardiseerde protocollen en instrumenten die de stand van de techniek weerspiegelen, met inbegrip van het uitvoeren en documenteren van tests gericht op het ontdekken van kwetsbaarheden van het model met als doel om systeemrisico's in kaart te brengen en te beperken;
- b)
mogelijke systeemrisico's op Unieniveau beoordelen en beperken, met inbegrip van de bronnen daarvan, die kunnen voortvloeien uit de ontwikkeling, het in de handel brengen of het gebruik van AI-modellen voor algemene doeleinden met een systeemrisico;
- c)
relevante informatie over ernstige incidenten en mogelijke corrigerende maatregelen bijhouden, documenteren en onverwijld rapporteren aan het AI-bureau en, in voorkomend geval, aan de nationale bevoegde autoriteiten;
- d)
zorgen voor een passend niveau van cyberbeveiligingsbescherming voor het AI-model voor algemene doeleinden met een systeemrisico en de fysieke infrastructuur van het model.
2.
Aanbieders van AI-modellen voor algemene doeleinden met een systeemrisico kunnen zich baseren op praktijkcodes in de zin van artikel 56 om de naleving van de in lid 1 van dit artikel vastgestelde verplichtingen aan te tonen, totdat er een geharmoniseerde norm is gepubliceerd. Door Europese geharmoniseerde normen na te leven genieten aanbieders een vermoeden van overeenstemming, voor zover die normen ook die verplichtingen dekken. Aanbieders van AI-modellen voor algemene doeleinden met een systeemrisico die zich niet aan een goedgekeurde praktijkcode houden of niet voldoen aan een Europese geharmoniseerde norm, tonen alternatieve passende wijzen van naleving aan die door de Commissie moeten worden beoordeeld.
3.
Uit hoofde van dit artikel verkregen informatie of documentatie, met inbegrip van bedrijfsgeheimen, worden verwerkt overeenkomstig de in artikel 78 vastgelegde vertrouwelijkheidsverplichtingen.