Richtlijn 77/249/EEG tot vergemakkelijking van de daadwerkelijke uitoefening door advocaten van het vrij verrichten van diensten
Artikel 7
Geldend
Geldend vanaf 26-03-1977
- Redactionele toelichting
De datum van inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
22-03-1977, PbEG 1977, L 78 (uitgifte: 26-03-1977, regelingnummer: 77/249/EEG)
- Inwerkingtreding
26-03-1977
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-03-1977, PbEG 1977, L 78 (uitgifte: 26-03-1977, regelingnummer: 77/249/EEG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Juridische beroepen / Advocaat
1.
De bevoegde autoriteit van de Lid-Staat van ontvangst kan degene die de diensten verricht, verzoeken zijn bevoegdheid tot de uitoefening van het beroep van advocaat aan te tonen.
2.
Ingeval niet aan de in artikel 4 bedoelde verplichtingen die in de Lid-Staat van ontvangst gelden, wordt voldaan, bepaalt de bevoegde autoriteit van die Staat overeenkomstig de eigen regels van materieel en formeel recht welke gevolgen daaraan zijn verbonden, en kan zij, te dien einde, mededeling van de nodige gegevens over de beroepsuitoefening van de betrokkene verkrijgen. Zij geeft de bevoegde autoriteit van de Lid-Staat van herkomst kennis van iedere genomen beslissing. De mededelingen laten het geheime karakter van de verstrekte inlichtingen onverlet.