Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek Boek 6
Artikel 40 [Verval tijdsbepaling]
Geldend
Geldend vanaf 01-12-1998
- Bronpublicatie:
25-06-1998, Stb. 1998, 446 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 23429 Overheid.nl: 23429)
- Inwerkingtreding
01-12-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-11-1998, Stb. 1998, 622 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
De schuldenaar kan de tijdsbepaling niet meer inroepen:
- a.
wanneer hij in staat van faillissement is verklaard of ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is verklaard;
- b.
wanneer hij in gebreke blijft de door hem toegezegde zekerheid te verschaffen;
- c.
wanneer door een aan hem toe te rekenen oorzaak de voor de vordering gestelde zekerheid verminderd is, tenzij het overgeblevene nog een voldoende waarborg voor de voldoening oplevert.