Einde inhoudsopgave
Verdrag van Genève betreffende de behandeling van krijgsgevangenen, van 12 Augustus 1949
Artikel 75
Geldend
Geldend vanaf 21-10-1950
- Bronpublicatie:
12-08-1949, Trb. 1951, 74 (uitgifte: 14-06-1951, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
21-10-1950
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-08-1949, Trb. 1951, 74 (uitgifte: 14-06-1951, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
1.
Ingeval militaire operaties de betrokken Mogendheden zouden beletten de op haar rustende verplichting na te komen om het vervoer van de zendingen, bedoeld in de artikelen 70, 71, 72 en 77, te verzorgen, mogen de betrokken beschermende Mogendheden, het Internationale Comité van het Rode Kruis of enige andere organisatie welke daarvoor toestemming van de Partijen bij het conflict heeft ontvangen, trachten het vervoer van deze zendingen te doen plaats vinden met passende middelen (spoorwegwagons, vrachtauto's, vaartuigen of vliegtuigen, enz.). De Hoge Verdragsluitende Partijen zullen trachten hun tot dat doel deze vervoermiddelen te verschaffen en het verkeer ervan toe te staan, in het bijzonder door het verstrekken van de noodzakelijke vrijgeleiden.
2.
Deze vervoermiddelen mogen eveneens worden gebruikt om te vervoeren:
- a.
de correspondentie, lijsten en rapporten, uitgewisseld tussen het Centraal Informatiebureau, bedoeld in artikel 123, en de nationale Bureaux, bedoeld in artikel 122;
- b.
de correspondentie en rapporten betreffende krijgsgevangenen, welke de beschermende Mogendheden, het Internationale Comité van het Rode Kruis of enige andere organisatie tot hulpverlening aan de krijgsgevangenen, uitwisselen hetzij met hun eigen gedelegeerden, hetzij met de Partijen bij het conflict.
3.
Deze bepalingen beperken in genen dele het recht van iedere Partij bij het conflict om, indien zij zulks verkiest, het vervoer op andere wijze te organiseren en vrijgeleiden te verstrekken op overeen te komen voorwaarden.
4.
Bij gebreke van bijzondere overeenkomsten, zullen de kosten, veroorzaakt door het gebruik van deze vervoermiddelen, naar evenredigheid worden gedragen door de Partijen bij het conflict, wier onderdanen daarvan profijt trekken.