Einde inhoudsopgave
Wet kinderopvang
Artikel 1.81
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2018
- Bronpublicatie:
31-05-2017, Stb. 2017, 252 (uitgifte: 19-06-2017, kamerstukken: 34596)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-07-2017, Stb. 2017, 309 (uitgifte: 17-07-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
Sociale zekerheid re-integratie / Algemeen
1.
Indien het college de houder in het kader van het toezicht op de naleving van de verplichtingen op basis van dit hoofdstuk:
- a.
een sanctie als bedoeld in hoofdstuk 5 van de Algemene wet bestuursrecht oplegt;
- b.
een aanwijzing als bedoeld in artikel 1.65 geeft,
- c.
een verbod tot exploitatie als bedoeld in artikel 1.66 oplegt; of
- d.
een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1.72 oplegt;
wordt daarover een vermelding opgenomen in het landelijk register kinderopvang zodra dit besluit onherroepelijk is.
2.
De vermelding, bedoeld in het eerste lid, betreft het karakter van de sanctie of van de maatregel, alsmede een beschrijving van de verplichting die niet is nagekomen.
3.
Op verzoek verstrekt het college een afschrift van het besluit, bedoeld in het eerste lid, waarin de tot natuurlijke personen herleidbare gegevens, geanonimiseerd worden, met uitzondering van het woonadres van de houder wanneer opvang plaats vindt op dat woonadres.
4.
Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld ter uitvoering van dit artikel.