Besluit giften en algemeen nut beogende instellingen
1 Inleiding
Geldend
Geldend vanaf 15-03-2024
- Bronpublicatie:
05-03-2024, Stcrt. 2024, 7392 (uitgifte: 14-03-2024, regelingnummer: 2024-4956)
- Inwerkingtreding
15-03-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-03-2024, Stcrt. 2024, 7392 (uitgifte: 14-03-2024, regelingnummer: 2024-4956)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Dit besluit behandelt het beleid over de giftenregeling en het aanmerken als algemeen nut beogende instelling en vervangt het besluit van 6 april 2010, nr. DGB2010/1594M. Hieronder staan de wijzigingen ten opzichte van het besluit van 6 april 2010.
- –
Onderdeel 2.2.2 is nieuw. In dit onderdeel is aangegeven dat ook sprake kan zijn van een periodieke gift als de schenker via een legaat bepaalt dat bij zijn overlijden de resterende termijnen van een periodieke gift, ineens aan de instelling of de vereniging worden uitgekeerd.
- –
Onderdeel 2.3 is nieuw. In dit onderdeel wordt aangegeven welke gevolgen het verliezen van de ANBI-status heeft voor de aftrekbaarheid van giften. Dit algemeen geldende beleid is hier opgenomen om duidelijkheid te verschaffen voor de aftrek van giften aan instellingen die hun ANBI-status zijn verloren omdat zij niet voldoen aan de met ingang van 1 januari 2014 geldende voorwaarde om bepaalde informatie elektronisch beschikbaar te stellen.
- –
Onderdeel 2.4 is nieuw. Dit onderdeel behandelt de giftenaftrek voor giften aan zogenoemde loketinstellingen. Ook wordt hier een passage gewijd aan de ANBI-status van loketinstellingen.
- –
Onderdeel 2.5 is nieuw. Dit onderdeel bevat een goedkeuring voor giften gedaan in het jaar 2014, waarvoor op een later moment in 2014 een notariële of onderhandse akte van schenking is opgemaakt.
- –
Onderdeel 3 (oud) is vervallen. In dit onderdeel was geen beleid opgenomen, maar het bevatte een letterlijke weergave van de tekst van artikel 6.34 van de Wet IB 2001.
- –
Onderdeel 4 (oud) is vervallen. Dit onderdeel had een voorlichtend karakter en bevatte geen beleid.
Ook zijn er aanpassingen waarmee geen beleidswijziging is beoogd. Zo zijn er enkele tekstuele en redactionele aanpassingen doorgevoerd. Ook zijn verwijzingen naar wettelijke bepalingen aangepast als gevolg van de inwerkingtreding van de Geefwet per 1 januari 2012. Verder is de indeling van het besluit aangepast en als gevolg daarvan ook de nummering.
Dit besluit is gewijzigd bij besluit van 31 maart 2023, nr. 2023-77781. De wijziging betreft de nieuw toegevoegde onderdelen 2.6 en 2.7. In onderdeel 2.6 is aangegeven dat het voor het in aanmerking nemen van een periodieke gift op basis van een redelijke wetstoepassing niet uitmaakt op welke datum de uitkeringen in de kalenderjaren vervallen, zolang deze uitkeringen maar in vijf opeenvolgende kalenderjaren plaatsvinden. In onderdeel 2.7 is aangegeven wanneer een beroep kan worden gedaan op het arrest van de Hoge Raad van 7 oktober 2022 met betrekking tot de periodieke gift die afhankelijk is van het overlijden van meer levens.
Dit besluit werd opnieuw gewijzigd bij besluit van 5 maart 2024, nr. 2024-4956. Hieronder staan de wijzigingen ten opzichte van het besluit van 19 december 2014.
- –
In onderdeel 2.1 is een verduidelijking opgenomen met betrekking tot de situatie waarbij geen geld, maar eenheden worden geschonken. Hiermee is geen inhoudelijke wijziging beoogd.
- –
Onderdeel 2.2.1 is vervallen, omdat dit onderdeel per 1 januari 2024 in artikel 6.38, zesde en zevende lid, Wet IB 2001 is opgenomen.
- –
Onderdeel 2.2.2 is gewijzigd, omdat een periodieke gift ook afhankelijk kan zijn van het leven van iemand anders dan de schenker(s).
- –
De onderdelen 2.3.1 en 2.5 zijn vervallen, omdat deze onderdelen door tijdsverloop hun belang hebben verloren. Hierdoor is in onderdeel 2.3 een zin geschrapt, waarbij naar onderdeel 2.3.1 werd verwezen.
- –
Onderdeel 2.4 is gewijzigd als gevolg van het arrest van de Hoge Raad van 22 april 2016.
- –
In onderdeel 2.5 zijn de alinea’s met achtergrondinformatie komen te vervallen en is een redactionele wijziging opgenomen. Hiermee is geen inhoudelijke wijziging beoogd.
Onbenoemd 1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen