Einde inhoudsopgave
Wet milieubeheer
Artikel 16b.19 [Opstellen industrieel monitoringsmethodiekplan]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2021
- Bronpublicatie:
16-12-2020, Stb. 2020, 544 (uitgifte: 23-12-2020, kamerstukken: 35575)
- Inwerkingtreding
01-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-12-2020, Stb. 2020, 544 (uitgifte: 23-12-2020, kamerstukken: 35575)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
1.
De exploitant stelt, voor zover dat noodzakelijk is om het aantal dispensatierechten te berekenen, voor een industriële installatie een industrieel monitoringsmethodiekplan op dat hij indient bij het bestuur van de emissieautoriteit.
2.
Het industrieel monitoringsmethodiekplan of een wijziging daarvan behoeft goedkeuring van het bestuur van de emissieautoriteit.
3.
De artikelen 16.7, 16.9, 16.11 en 16.19 zijn van overeenkomstige toepassing met dien verstande dat telkens:
- a.
voor ‘broeikasgasinstallatie’ wordt gelezen ‘industriële installatie’;
- b.
voor ‘emissieverslag’ wordt gelezen ‘verslag over het industriële activiteitsniveau’;
- c.
voor ‘monitoringsplan’ wordt gelezen ‘industrieel monitoringsmethodiekplan’;
- d.
voor ‘vergunning’ wordt gelezen ‘goedkeuring van een industrieel monitoringsmethodiekplan’;
- e.
voor ‘vergunninghouder’ wordt gelezen ‘de exploitant’;
- f.
voor ‘bij de Verordening monitoring en rapportage emissiehandel of bij of krachtens dit hoofdstuk, hoofdstuk 8 van deze wet’ wordt gelezen ‘bij of krachtens dit hoofdstuk, de hoofdstukken 8, 16 of 16a van deze wet’.
4.
Bij ministeriële regeling worden regels gesteld over de wijze waarop de aanvraag om een goedkeuring van een industrieel monitoringsmethodiekplan moet geschieden, de gegevens en de bescheiden die door de aanvrager moeten worden verstrekt met het oog op de beslissing op de aanvraag, en de wijze waarop die gegevens moeten worden verkregen. Deze regels zijn, voor zover mogelijk, in overeenstemming met de artikelen 4, tweede lid, onderdeel b, 5, tweede lid, 8, 9 en 10 van de Verordening kosteloze toewijzing van emissierechten.