Besluit vervangingsfonds 2022
Artikel 4 Gevolgen intrekking van de aanwijzing
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2022
- Bronpublicatie:
03-05-2022, Stb. 2022, 191 (uitgifte: 24-05-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2022, Stb. 2022, 284 (uitgifte: 06-07-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Primair onderwijs
Arbeidsrecht / Arbeidsmarktbeleid en -bemiddeling
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
Bij de intrekking van de aanwijzing van de rechtspersoon, bedoeld in artikel 188, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs en artikel 167, eerste lid, van de Wet op de expertisecentra:
- a.
wendt het vervangingsfonds de onder zijn beheer staande middelen, bestemd voor het verschaffen van de waarborgen, bedoeld in artikel 188, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs en artikel 167, eerste lid, van de Wet op de expertisecentra, aan voor het doel waartoe die middelen aan het vervangingsfonds ter beschikking zijn gesteld; of
- b.
draagt het vervangingsfonds de in onderdeel a bedoelde middelen over aan een andere, door Onze Minister op grond van de in de aanhef genoemde artikelen, aan te wijzen rechtspersoon.