Einde inhoudsopgave
Besluit visserij producten 1999 BES
Artikel 11
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Landsbesluit visserij producten 1999 (P.B. 1999, no. 157), zoals gewijzigd bij het Aanpassingsbesluit openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (27-09-2010, Stb. 366). Tijdstip iwtr.: 00:00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06:00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
21-09-2010, Stb. 2010, 656 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 07-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
1.
Een inrichting behoeft om te kunnen worden gebruikt voor de werkzaamheden waarvoor zij is aangelegd de erkenning van de bevoegde autoriteit.
2.
De erkenning wordt schriftelijk aangevraagd door de ondernemer.
3.
Bij regeling van Onze Minister worden regels gegeven met betrekking tot de constructie en de uitrusting van visproductie-inrichting.
4.
Bij regeling van Onze Minister kunnen regels gegeven worden tot de aanvraag, de bij de indiening van de aanvraag te volgen procedure en de bescheiden die met betrekking tot de aanvraag dienen te worden overlegd.
5.
De erkenning wordt verleend, indien door de aanvrager is aangetoond dat de inrichting voldoet aan de bij of krachtens dit besluit gegeven regels.
6.
Iedere erkende inrichting wordt aangeduid met een door de bevoegde instantie gegeven erkenningsnummer.
7.
Indien en zodra de inrichting mede of uitsluitend gebruikt zal worden voor andere werkzaamheden dan waarop een eerder verleende erkenning betrekking heeft, behoeft zij een nieuwe erkenning.
8.
Erkende inrichtingen worden door de bevoegde instantie geregeld geïnspecteerd onderscheidenlijk gecontroleerd door de personen, belast met het toezicht, in het bijzonder op de naleving van het bepaalde bij of krachtens het derde lid; aan de personen, belast met de inspectie of het toezicht wordt daartoe door de ondernemer vrije toegang tot alle delen van de inrichting verschaft.
9.
Indien de inrichting niet meer aan de in het derde lid bedoelde regels voldoet, wordt de erkenning ingetrokken.
10.
Het gebruik van een erkenningsnummer door een inrichting waarvan de erkenning is ingetrokken is verboden.