Einde inhoudsopgave
Wet op het financieel toezicht
Artikel 3:288e [Rapportage risicoconcentraties]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2016
- Bronpublicatie:
09-10-2013, Stb. 2013, 408 (uitgifte: 23-10-2013, kamerstukken: 33575)
13-12-2012, Stb. 2012, 679 (uitgifte: 21-12-2012, kamerstukken: 33273)
- Inwerkingtreding
01-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-07-2015, Stb. 2015, 309 (uitgifte: 28-07-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
10-07-2015, Stb. 2015, 309 (uitgifte: 28-07-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een Nederlandse herverzekeraar, levensverzekeraar of schadeverzekeraar die aan het hoofd staat van een verzekeringsrichtlijngroep of de gemengde financiële holding of verzekeringsholding dient periodiek binnen de daartoe vastgestelde termijnen een rapportage in bij de groepstoezichthouder . In die rapportage worden opgenomen alle significante risicoconcentraties van de verzekeraars op het niveau van de groep.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de inhoud, de verstrekking, de modellen en de periodiciteit van de rapportage.
3.
In afwijking van het eerste lid kan de Nederlandsche Bank, indien zij groepstoezichthouder is bepalen, na overleg met de andere betrokken toezichthoudende instanties en met de verzekeringsrichtlijngroep, dat de rapportage aan haar wordt overgelegd door een door haar aangewezen verzekeraar in die groep.
4.
Indien de Nederlandsche Bank groepstoezichthouder is, bepaalt zij, na overleg met de andere betrokken toezichthoudende instanties en de verzekeringsrichtlijngroep, welke categorieën van risico's door de verzekeraars in die groep in elk geval worden gerapporteerd.
5.
Bij het overleg over de categorieën van risico's die door de verzekeraars in de verzekeringsrichtlijngroep worden gerapporteerd, houdt de Nederlandsche Bank in haar hoedanigheid als groepstoezichthouder of als betrokken toezichthouder rekening met de specifieke groeps- en risicomanagementstructuur van de groep.
6.
De Nederlandsche Bank bepaalt indien zij groepstoezichthouder is, na overleg met de andere betrokken toezichthoudende instanties en de verzekeringsrichtlijngroep, met het oog op de aanmerking als significante risicoconcentratie die wordt gerapporteerd de drempels op basis van het solvabiliteitsvermogen of de technische voorzieningen.
7.
De Nederlandsche Bank besteedt bij haar toezicht op significante risicoconcentraties aandacht aan mogelijke besmettingsrisico’s in de verzekeringsrichtlijngroep, het risico van belangenconflicten en het niveau of de omvang van de risico's.