Einde inhoudsopgave
Regeling aanvraag- en veilingprocedure digitale radio-omroep DAB+ laag 7
Artikel 7 Vorm en inhoud van de aanvraag
Geldend
Geldend vanaf 22-12-2020
- Bronpublicatie:
15-12-2020, Stcrt. 2020, 66397 (uitgifte: 21-12-2020, regelingnummer: WJZ/ 20035882)
- Inwerkingtreding
22-12-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-12-2020, Stcrt. 2020, 66397 (uitgifte: 21-12-2020, regelingnummer: WJZ/ 20035882)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Informatierecht / Media
1.
Een rechtspersoon dient ten hoogste één aanvraag in.
2.
Voor de toepassing van het eerste lid worden verbonden rechtspersonen tezamen aangemerkt als één rechtspersoon.
3.
In de aanvraag worden de namen vermeld van ten minste één en ten hoogste vier natuurlijke personen die ieder zelfstandig bevoegd zijn om namens de aanvrager handelingen te verrichten gedurende de veiling en die daartoe beschikken over een rechtsgeldige en toereikende volmacht.
4.
De aanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van het in bijlage 2 opgenomen model en gaat, onverminderd de overige in deze regeling gestelde eisen, vergezeld van de in dit model genoemde gegevens en bescheiden.
5.
De aanvraag wordt in de Nederlandse taal gesteld.
6.
Met de gegevens en bescheiden, bedoeld in het vierde lid, worden gelijkgesteld zodanige gegevens en bescheiden die zijn opgesteld krachtens het recht van een van de overige lidstaten van de Europese Unie of een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.
7.
In afwijking van het vijfde lid, kunnen de gegevens en bescheiden, bedoeld in het vierde lid, worden gesteld in één van de officiële talen van de Europese Unie of de Europese Economische Ruimte, mits zij vergezeld gaan van een Nederlandse vertaling.
8.
De aanvrager informeert de minister onmiddellijk over een wijziging met betrekking tot de gegevens en bescheiden, bedoeld in het derde, vierde en zesde lid, op de wijze, bedoeld in artikel 3, tweede lid.