Einde inhoudsopgave
Wet op het financieel toezicht
Artikel 1:5a [Betaaldiensten]
Geldend
Geldend vanaf 06-09-2024
- Bronpublicatie:
17-07-2024, Stb. 2024, 241 (uitgifte: 30-08-2024, kamerstukken: 36442)
- Inwerkingtreding
06-09-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-08-2024, Stb. 2024, 246 (uitgifte: 05-09-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De bij of krachtens de wet gestelde regels zijn slechts van toepassing op betaaldiensten aangeboden in Nederland, tenzij in die regels anders is bepaald.
2.
Onder het verlenen van betaaldiensten in de zin van deze wet wordt niet verstaan:
- a.
het uitsluitend met chartaal geld en zonder tussenkomst van derden rechtstreeks door de betaler aan de betalingsbegunstigde verrichten van betalingstransacties;
- b.
het verrichten van betalingstransacties tussen de betaler en de betalingsbegunstigde, die worden uitgevoerd via een handelsagent die krachtens een overeenkomst gemachtigd is om voor rekening van alleen de betaler of alleen de betalingsbegunstigde de verkoop of aankoop van goederen of diensten via onderhandelingen tot stand te brengen of te sluiten;
- c.
het in de uitoefening van een bedrijf of beroep vervoeren, ophalen, verwerken of leveren van chartaal geld;
- d.
het verrichten van betalingstransacties die bestaan uit het niet in de uitoefening van een bedrijf of beroep ophalen en leveren van chartaal geld in het kader van een activiteit zonder winstoogmerk of voor liefdadigheidsdoeleinden;
- e.
het verlenen van diensten waarbij chartaal geld door de begunstigde aan de betaler wordt verstrekt als onderdeel van een betalingstransactie in de vorm van een betaling voor de aankoop van goederen of diensten, indien de betaler vlak voor de uitvoering van die betalingstransactie om die verstrekking heeft verzocht;
- f.
het verrichten van geldwisseltransacties;
- g.
het verrichten van betalingstransacties met een van de volgende documenten die door een betaaldienstverlener zijn uitgegeven met de bedoeling geldmiddelen beschikbaar te stellen aan een betalingsbegunstigde:
- 1°
papieren cheques als bedoeld in het Verdrag van Genève van 19 maart 1931 tot invoering van een eenvormige wet op cheques;
- 2°
papieren cheques vergelijkbaar met de papieren cheques, bedoeld onder 1°, die vallen onder het recht van lidstaten die geen partij zijn bij het Verdrag van Genève van 19 maart 1931 tot invoering van een eenvormige wet op cheques;
- 3°
papieren wissels als bedoeld in het Verdrag van Genève van 7 juni 1930 dat voorziet in een eenvormige wet op wisselbrieven en orderbriefjes;
- 4°
papieren wissels vergelijkbaar met de papieren wissels, bedoeld onder 3°, die vallen onder het recht van de lidstaten die geen partij zijn bij het Verdrag van Genève van 7 juni 1930 tot invoering van een eenvormige wet op wisselbrieven en orderbriefjes;
- 5°
papieren tegoedbonnen;
- 6°
papieren reischeques;
- 7°
papieren postwissels als omschreven door de Wereldpostunie, in 1874 opgericht bij het Verdrag van Bern;
- h.
het onverminderd artikel 5:88 verrichten van betalingstransacties binnen een betalings- of een effectenafwikkelingssysteem, of tussen afwikkelondernemingen, centrale tegenpartijen, clearinginstellingen, centrale banken van de lidstaten, andere deelnemers van een van de bedoelde systemen, en betaaldienstverleners;
- i.
betalingstransacties in verband met dienstverlening op effecten, met inbegrip van uitkeringen van dividend en andere inkomsten in verband met effecten, en aflossing en verkoop, uitgevoerd door personen als bedoeld in onderdeel h of door beleggingsondernemingen, banken, of door andere instellingen aan welke de bewaarneming van financiële instrumenten is toegestaan;
- j.
het verlenen van diensten door technische dienstverleners ter ondersteuning van het verlenen van betaaldiensten zonder dat de technische dienstverlener op enig moment in het bezit komt van de over te maken geldmiddelen, daarbij inbegrepen het verwerken en opslaan van gegevens, diensten ter bescherming van het vertrouwen en het privéleven, authenticatie van gegevens en entiteiten, het aanbieden van informatietechnologie- en communicatienetwerken, en het aanbieden en onderhouden van voor betaaldiensten gebruikte automaten en instrumenten, met uitzondering van betaalinitiatiediensten en rekeninginformatiediensten;
- k.
het verlenen van diensten die gebaseerd zijn op specifieke betaalinstrumenten:
- 1°
waarmee de houder uitsluitend in de bedrijfsgebouwen van de uitgever of binnen een beperkt netwerk van dienstverleners die een directe handelsovereenkomst met een uitgever hebben, goederen of diensten kan aanschaffen;
- 2°
die uitsluitend gebruikt kunnen worden voor de aanschaf van een zeer beperkte reeks goederen of diensten; of
- 3°
die uitsluitend in Nederland worden aangeboden met het oog op het bereiken van specifieke doelen die zijn vastgelegd in sociale of fiscale regelgeving en waarmee specifieke goederen of diensten kunnen worden aangeschaft bij leveranciers die een handelsovereenkomst met de uitgever hebben;
- l.
het verrichten van betalingstransacties door een aanbieder van elektronischecommunicatienetwerken of -diensten die gezamenlijk met de betaling voor de elektronischecommunicatiediensten in rekening worden gebracht bij een abonnee:
- 1°
voor de aankoop van digitale inhoud en spraakgestuurde diensten, ongeacht het voor de aankoop of gebruik van de digitale inhoud gebruikte apparaat; of
- 2°
in het kader van een liefdadigheidsactiviteit of voor de aankoop van toegangs- of plaatsbewijzen en waarbij voor de transactie gebruik wordt gemaakt van een elektronisch apparaat,
mits de waarde per betalingstransactie niet meer dan € 50 bedraagt en:
- 1°
de totale waarde van de betalingstransacties voor een abonnee per maand niet meer dan € 300 bedraagt; of
- 2°
ingeval een abonnee zijn rekening bij de aanbieder van elektronischecommunicatienetwerken of -diensten voorfinanciert, de totale waarde van de betalingstransacties niet meer dan € 300 per maand bedraagt;
- m.
het verrichten van betalingstransacties die voor eigen rekening worden uitgevoerd tussen betaaldienstverleners, hun agenten of hun bijkantoren;
- n.
het verrichten van betalingstransacties en daarmee verbonden diensten tussen een moederonderneming en haar dochteronderneming, of tussen dochterondernemingen van dezelfde moederonderneming, zonder tussenkomst van een andere dan een tot dezelfde richtlijngroep behorende betaaldienstverlener; of
- o.
het opnemen van chartaal geld uit een geldautomaat, voor zover de exploitant van de geldautomaat geen andere betaaldiensten verleent en handelt namens een of meer betaaldienstverleners, en voor zover deze exploitant geen partij is bij de raamovereenkomst voor betaaldiensten van degene die de geldmiddelen van een betaalrekening opneemt. Met dien verstande dat aan de cliënt de informatie over eventuele kosten voor geldopname ingevolge artikel 4:22 wordt verstrekt, zowel voor de geldopname als na ontvangst van het chartaal geld aan het einde van de transactie na de geldopname.
3.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot een verplichting tot het doen van een kennisgeving aan de Nederlandsche Bank door verleners van diensten, bedoeld in het tweede lid, onderdelen k en l.