Einde inhoudsopgave
Mijnbouwregeling
Artikel 1.3a.8
Geldend
Geldend vanaf 08-10-2019
- Bronpublicatie:
04-10-2019, Stcrt. 2019, 53405 (uitgifte: 07-10-2019, regelingnummer: WJZ/ 19228697)
- Inwerkingtreding
08-10-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-10-2019, Stcrt. 2019, 53405 (uitgifte: 07-10-2019, regelingnummer: WJZ/ 19228697)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Waterrecht (V)
Energierecht (V)
1.
Indien de houder van de winningsvergunning Groningenveld één of meerdere van de volgende waarnemingen doet, meldt hij iedere waarneming terstond aan de minister en de inspecteur-generaal der mijnen:
- a.
een grondversnelling groter dan 0,08 g;
- b.
een grondsnelheid groter dan 50 millimeter per seconde;
2.
De houder van de winningsvergunning Groningenveld stuurt een eerste analyse van het bereiken van de waarde, bedoeld in het eerst lid, en de mogelijke gevolgen daarvan voor de veiligheidsrisico’s, binnen 48 uur na de melding aan de minister en de inspecteur-generaal der mijnen.
3.
Binnen twee weken volgt een nadere analyse van de waarneming alsmede een toets of het veiligheidsrisico significant afwijkt van de gegevens die zijn verstrekt ter onderbouwing van de operationele strategie.