Einde inhoudsopgave
Vuurwerkbesluit
Artikel 4.2
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2024
- Redactionele toelichting
Dit artikel is opnieuw ingevoegd. Art. 4.2 (oud) vervallen. Toepassingsvergunningen die ten tijde van de inwerkingtreding van deze wijziging reeds waren verleend, verliezen hun geldigheid een jaar na inwerkingtreding van deze wijziging.
- Bronpublicatie:
05-07-2024, Stb. 2024, 214 (uitgifte: 12-07-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-10-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-07-2024, Stb. 2024, 214 (uitgifte: 12-07-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
1.
De volgende natuurlijke personen komen in aanmerking voor een pyro-pass:
- a.
een persoon met gespecialiseerde kennis als bedoeld in artikel 1.1.2a, eerste lid, onderdeel a, die in het bezit is van een geldig certificaat van vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 4.9, tweede lid, van het Arbeidsomstandighedenbesluit;
- b.
een persoon met gespecialiseerde kennis als bedoeld in artikel 1.1.2a, eerste lid, onderdeel b, die in het bezit is van een geldig certificaat van vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 4.9, tweede lid, van het Arbeidsomstandighedenbesluit;
- c.
een verantwoordelijke persoon;
- d.
een persoon met gespecialiseerde kennis die vanwege de uitoefening van zijn functie pyrotechnische artikelen van categorie P2 mag gebruiken.
2.
Onze Minister beslist op een aanvraag voor een pyro-pass.
3.
De aanvraag van een pyro-pass voor een verantwoordelijke persoon wordt door een tot het opslaan of toepassen van pyrotechnische artikelen gerechtigde onderneming toebehorend aan een natuurlijke of rechtspersoon tezamen met de verantwoordelijke persoon ingediend bij Onze Minister.
4.
Bij ministeriële regeling worden het model voor de pyro-pass, de vereisten voor de aanvraag en de aanvraagprocedure vastgesteld.
5.
De geldigheidsduur van de pyro-pass zoals daarop vermeld, is gelijk aan de geldigheidsduur van het certificaat van vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 4.9, tweede lid, van het Arbeidsomstandighedenbesluit, tenzij de bij de aanvraag overgelegde omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 1.1.2a, eerste lid, onderdeel a, of toepassingsvergunning een kortere geldigheidsduur heeft, in welk geval de geldigheidsduur van de pyro-pass daaraan gelijk gesteld wordt.
6.
De pyro-pass vervalt op het moment dat het certificaat van vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 4.9, tweede lid, van het Arbeidsomstandighedenbesluit niet meer geldig is.
7.
Onze Minister trekt de pyro-pass in indien de persoon aan wie de pyro-pass is afgegeven:
- a.
niet meer voldoet aan de vereisten voor een persoon met gespecialiseerde kennis, als bedoeld in artikel 1.1.2a, of niet langer is aangewezen door een persoon met gespecialiseerde kennis om namens deze persoon vuurwerk te hanteren of gebruiken;
- b.
misbruik heeft gemaakt van de pyro-pass.
8.
Onder misbruik als bedoeld in het zevende lid, onderdeel b, wordt in ieder geval verstaan:
- a.
het op de markt aanbieden van vuurwerk van categorie F3 en F4, pyrotechnische artikelen voor theatergebruik van categorie T2 en andere pyrotechnische artikelen van categorie P2 aan een ander dan een persoon met gespecialiseerde kennis;
- b.
de opslag van de pyrotechnische artikelen bedoeld in onderdeel a op een daartoe niet vergunde locatie.
9.
Onze Minister vermeldt het vervallen of de intrekking van een pyro-pass in het pyro-passregister.