Verdrag betreffende de wetsconflicten met betrekking tot de gevolgen van het huwelijk ten opzichte van de rechten en verplichtingen der echtgenooten in hunne persoonlijke betrekkingen en ten opzichte van hunne goederen
Artikel 13
Geldend
Geldend vanaf 23-08-1912
- Bronpublicatie:
17-07-1905, Stb. 1912, 285 (uitgifte: 12-09-1912, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
23-08-1912
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-1959, Trb. 1959, 178 (uitgifte: 01-01-1959, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
1.
De Staten, die vertegenwoordigd zijn geweest op de vierde Conferentie van internationaal privaatrecht, kunnen dit verdrag teekenen tot aan de nederlegging der akten van bekrachtiging, bedoeld in het eerste lid van artikel 11.
2.
Na deze nederlegging zullen zij ten alle tijde, doch zonder eenig voorbehoud, tot het verdrag kunnen toetreden. De Staat, die wenscht toe te treden, geeft van zijn voornemen kennis door eene akte, die zal nedergelegd worden in de archieven der Nederlandsche Regeering. Deze zal van die akte langs diplomatieken weg een voor eensluidend verklaarden afdruk aan ieder der contracteerende Staten doen toekomen.