Besluit aanpassing arbeidsduur militairen
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 06-09-2000
- Bronpublicatie:
22-07-2000, Stb. 2000, 344 (uitgifte: 05-09-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
06-09-2000
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-07-2000, Stb. 2000, 344 (uitgifte: 05-09-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Onze Minister kan een verzoek om aanpassing van de arbeidsduur afwijzen of een verleend buitengewoon verlof, als bedoeld in artikel 2, tweede en derde lid, tijdelijk opschorten, als naar zijn oordeel zwaarwegende dienstbelangen dat vereisen.
2.
Onverminderd hetgeen is bepaald in artikel 2, achtste lid, van de Wet aanpassing arbeidsduur is van een zwaarwegend dienstbelang in ieder geval sprake bij varen, vliegen, oefenen, alsmede de daadwerkelijke inzet van de krijgsmacht, de voorbereiding daarop en voltijdse opleidingen in verband met het functioneren van de krijgsmacht.
3.
Onze Minister kan het buitengewoon verlof, als bedoeld in artikel 2, tweede lid, in geval van buitengewone omstandigheden beëindigen.