Einde inhoudsopgave
Wet inkomstenbelasting 2001
Artikel 4.43 Genietingstijdstip reguliere voordelen
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
21-12-2022, Stb. 2022, 531 (uitgifte: 27-12-2022, kamerstukken: 35496)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-2022, Stb. 2022, 531 (uitgifte: 27-12-2022, kamerstukken: 35496)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
1
Reguliere voordelen worden geacht te zijn genoten op het tijdstip waarop zij zijn:
- a.
ontvangen;
- b.
verrekend;
- c.
ter beschikking gesteld;
- d.
rentedragend geworden of
- e.
vorderbaar en inbaar geworden.
2
Reguliere voordelen als bedoeld in artikel 4.13, eerste lid, onderdeel a, worden geacht uiterlijk te zijn genoten bij het einde van het kalenderjaar of het einde van de binnenlandse belastingplicht indien deze in de loop van het kalenderjaar eindigt.
3
Een fictief regulier voordeel als bedoeld in artikel 4.13, eerste lid, onderdeel f, wordt geacht uiterlijk te zijn genoten bij het einde van het kalenderjaar of, indien de belastingplichtige in de loop van het kalenderjaar is overleden, het moment onmiddellijk voorafgaand aan het moment van overlijden.