Einde inhoudsopgave
Woningwet
Artikel 61h [Bewind]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2015
- Bronpublicatie:
12-07-2012, Stb. 2015, 145 jo Stb. 2015, 146 jo Stb. 2012, 313 (uitgifte: 13-07-2012, kamerstukken: 32891)
20-03-2015, Stb. 2015, 145 jo Stb. 2015, 146 jo Stb. 2012, 313 (uitgifte: 16-04-2015, kamerstukken: 33966)
20-03-2015, Stb. 2015, 145 jo Stb. 2015, 146 jo Stb. 2012, 313 (uitgifte: 16-04-2015, kamerstukken: 32769)
- Inwerkingtreding
01-07-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-06-2015, Stb. 2015, 232 (uitgifte: 19-06-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Volkshuisvesting en wonen / Algemeen
Bouwrecht / Woonrecht
Volkshuisvesting en wonen / Woningbouw
1.
Indien een toegelaten instelling of een dochtermaatschappij het belang van de volkshuisvesting ernstige schade berokkent, redelijkerwijs in die situatie geen verbetering te voorzien is en een andere daartegen gerichte maatregel dan het onder bewind stellen van die toegelaten instelling of dochtermaatschappij niet doeltreffender zou zijn, kan de rechtbank in het arrondissement waarin zij haar woonplaats heeft haar onder bewind stellen op een daartoe strekkend verzoek van Onze Minister. Onze Minister kan bij zijn verzoek personen voor benoeming tot bewindvoerder voordragen en voorstellen doen omtrent hun beloning. Artikel 61d, eerste lid, tweede volzin, is ten aanzien van een samenwerkingsvennootschap als bedoeld in die volzin van overeenkomstige toepassing.
2.
De rechtbank behandelt het verzoek binnen twee weken nadat hij het heeft ontvangen. Hij kan inzage nemen of, door daartoe door hem aangewezen deskundigen, doen nemen van zakelijke gegevens en bescheiden van de betrokken toegelaten instelling of dochtermaatschappij.
3.
Een toegelaten instelling of een dochtermaatschappij die surseance van betaling heeft aangevraagd, aan welke surseance van betaling is verleend, van welke het faillissement is aangevraagd of die failliet is verklaard wordt niet onder bewind gesteld in de zin van dit artikel.