Einde inhoudsopgave
RECRON-voorwaarden voor vaste plaatsen
Artikel 15 Ontruiming
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2013
- Redactionele toelichting
De datum van publicatie en afkondiging is de datum van inwerkingtreding.
- Bronpublicatie:
01-01-2013, Internet 2013, www.recron.nl (uitgifte: 01-01-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-01-2013, Internet 2013, www.recron.nl (uitgifte: 01-01-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
1.
Onder ontruiming door de recreant wordt verstaan het van de plaats en van het terrein verwijderen van al hetgeen zich op de laatste dag van de overeenkomst op de plaats bevindt of heeft bevonden, uitgesloten eigendommen van de ondernemer.
2.
Indien de recreant de beëindiging van de overeenkomst door de ondernemer betwist en het geschil tijdig heeft voorgelegd aan de ondernemer en de Geschillencommissie, mag de ondernemer niet overgaan tot ontruiming, alvorens de Geschilencommissie daarin uitspraak heeft gedaan.
3.
In het geval van een beëindiging van de overeenkomst door de recreant dient de recreant de plaats ontruimd en opgeruimd aan de ondernemer op te leveren uiterlijk op de laatste dag van de overeengekomen periode.
4.
In het geval van een tussentijdse beëindiging van de overeenkomst door de recreant dient de recreant de plaats ontruimd en opgeruimd aan de ondernemer op te leveren uiterlijk op de datum waartegen de overeenkomst tussentijds is beëindigd.
5.
Indien de recreant niet voldoet aan het bepaalde in het derde lid heeft de ondernemer het recht na schriftelijke sommatie en met inachtneming van een redelijke termijn, de plaats te ontruimen en op te ruimen. In de schriftelijke sommatie dient de ondernemer de recreant te wijzen op het bepaalde in het achtste en negende lid.
6.
In het geval van een beëindiging van de overeenkomst door de ondernemer dient de recreant de plaats ontruimd en opgeruimd aan de ondernemer op te leveren uiterlijk op de laatste dag van de overeengekomen periode.
7.
In het geval van tussentijdse beëindiging van de overeenkomst door de ondernemer dient de recreant de plaats ontruimd en opgeruimd aan de ondernemer op te leveren binnen een redelijke termijn met een maximum van één maand vanaf de datum waartegen de overeenkomst tussentijds is beëindigd.
8.
Indien de recreant niet voldoet aan het bepaalde in het vijfde of zesde lid en/of de recreant de beëindiging of tussentijdse beëindiging van de overeenkomst door de ondernemer niet tijdig als bedoeld in artikel 11 lid 6 en artikel 14 lid 4 betwist, heeft de ondernemer, indien hij binnen 1 maand van de recreant geen bericht heeft ontvangen, het recht de plaats te ontruimen en op te ruimen. Indien de recreant de beëindiging of tussentijdse beëindiging van de overeenkomst door de ondernemer betwist en het geschil tijdig heeft voorgelegd aan de Geschillencommissie, mag de ondernemer niet overgaan tot ontruiming alvorens de beslissing van de Geschillencommissie hem daartoe het recht geeft.
9.
Vanaf het moment dat de ondernemer het recht toekomt de plaats te ontruimen en op te ruimen zijn de in redelijkheid gemaakte kosten van ontruimen en opruimen en eventuele stallingskosten voor rekening van de recreant en heeft de ondernemer het recht deze kosten te verrekenen met geldelijke verplichtingen van de ondernemer aan de recreant onverminderd het bepaalde in het tiende lid.
10.
Vanaf het moment dat de ondernemer het recht toekomt de plaats te ontruimen en op te ruimen wordt de recreant geacht afstand te hebben gedaan van al hetgeen zich op de plaats bevindt.
- a.
De ondernemer heeft het recht, indien de waarde dat rechtvaardigt, al hetgeen zich op de plaats bevindt op kosten van de recreant openbaar te laten verkopen;
- b.
Indien de kosten van een openbare verkoop de geschatte opbrengst zouden overtreffen, heeft de ondernemer het recht al hetgeen zich op de plaats bevindt op kosten van de recreant onderhands te verkopen;
- c.
De ondernemer heeft het recht de opbrengst van een openbare of onderhandse verkoop te verrekenen met alle geldelijke verplichtingen van de recreant aan de ondernemer. Bij gebruikmaking van dit recht dient de ondernemer een eventuele meeropbrengst met een gespecificeerde afrekening aan de recreant af te dragen;
- d.
De ondernemer heeft het recht elke zaak die in redelijkheid niet te verkopen is op kosten van de recreant als afval af te laten voeren en te vernietigen.
11.
De recreant is niet aansprakelijk voor door hem bij de ontruiming en/of opruiming veroorzaakte schade die hem niet kan worden toegerekend. Indien bij de ontruiming en/of opruiming schade ontstaat door veranderingen in/aan/op het terrein veroorzaakt door de ondernemer, is de ondernemer aansprakelijk.
12.
De ondernemer is niet aansprakelijk voor de door hem veroorzaakte schade ontstaan bij de ontruiming en/of opruiming, die hem niet kan worden toegerekend.
13.
De recreant vrijwaart de ondernemer voor de gevolgen van de eventuele aanwezigheid van asbest en chemisch afval op de plaats, tenzij die aanwezigheid verband houdt met omstandigheden die in de risicosfeer van de ondernemer liggen. De kosten van het verwijderen, afvoeren en verwerken van asbest en chemisch afval zijn in het eerstbedoelde geval voor rekening van de recreant.