Landelijk procesreglement civiele zaken rechtbanken en gerechtshoven KEI
9.3 Invoering
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2019
- Redactionele toelichting
De dag van de datum van afkondiging is gezet op 01.
- Bronpublicatie:
01-10-2018, Stcrt. 2019, 10137 (uitgifte: 25-02-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-10-2018, Stcrt. 2019, 10137 (uitgifte: 25-02-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Dit reglement geldt voor vorderingsprocedures in eerste aanleg waarvoor verplichte procesvertegenwoordiging geldt, met uitzondering van de in het Koninklijk Besluit (Stb. 2017, 174) {zie: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2017-174.html} uitgezonderde procedures, waarin de procesinleiding in eerste aanleg wordt ingediend op basis van de op 1 september 2017 in werking getreden Wet tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de Algemene wet bestuursrecht in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht en van de Wet tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht in hoger beroep en cassatie bij rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland en vorderingsprocedures die naar aanleiding van de prepilot op basis van voornoemde wet zijn ingediend.
Dit reglement is ook van toepassing op proceshandelingen in lopende bovengenoemde procedures die na 1 maart 2019 worden verricht.