Einde inhoudsopgave
Wetboek van Koophandel
Artikel 100 [Inhoud wisselbrief]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1934
- Redactionele toelichting
Het titel- en afdelingsopschrift zijn gewijzigd.
- Bronpublicatie:
25-07-1932, Stb. 1932, 405 (uitgifte: 01-01-1932, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1934
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-11-1933, Stb. 1933, 578 (uitgifte: 01-01-1933, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
De wisselbrief behelst:
- 1°
de benaming ‘wisselbrief’, opgenomen in den tekst zelf en uitgedrukt in de taal, waarin de titel is gesteld;
- 2°
de onvoorwaardelijke opdracht tot betaling van een bepaalde som;
- 3°
den naam van dengene, die betalen moet (betrokkene);
- 4°
de aanwijzing van den vervaldag;
- 5°
die van de plaats, waar de betaling moet geschieden;
- 6°
den naam van dengene, aan wien of aan wiens order de betaling moet worden gedaan;
- 7°
de vermelding van de dagteekening, alsmede van de plaats, waar de wisselbrief is getrokken;
- 8°
de handteekening van dengene, die den wisselbrief uitgeeft (trekker).