Einde inhoudsopgave
Algemene douanewet
Artikel 2:1
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2016
- Bronpublicatie:
20-04-2016, Stb. 2016, 163 (uitgifte: 28-04-2016, kamerstukken: 34409)
- Inwerkingtreding
01-05-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-2016, Stb. 2016, 164 (uitgifte: 28-04-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Douane (V)
Ten einde de goede werking van de douanewetgeving te waarborgen, kunnen bij regeling van Onze Minister van Financiën bepalingen worden vastgesteld met betrekking tot:
- a.
de formaliteiten voorafgaand aan en aangaande het binnenbrengen in en het verlaten van het douanegebied van schepen en luchtvaartuigen en de aan boord van deze schepen en luchtvaartuigen aanwezige goederen;
- b.
douanekantoren;
- c.
toeristisch en reizigersverkeer, postverkeer en verkeer van te verwaarlozen economisch belang;
- d.
goederen en vervoermiddelen als bedoeld in artikel 137 van het Douanewetboek van de Unie;
- e.
de summiere aangifte, dan wel vervangende kennisgeving, de kennisgeving van aankomst en het aanbrengen;
- f.
tijdelijke opslag;
- g.
de douaneaangifte, mede ten dienste van de statistiek van de in-, uit- en wederuitvoer;
- h.
goederencontrole en verificatie;
- i.
identificatiemaatregelen, middelen daaronder begrepen;
- j.
zekerheid;
- k.
de voorwaarden die gelden bij de overdracht van rechten en plichten als bedoeld in artikel 218 van het Douanewetboek van de Unie;
- l.
vereenvoudigde procedures inzake Uniedouanevervoer;
- m.
de summiere aangifte bij uitgaan dan wel kennisgeving wederuitvoer;
- n.
de berekeningswijze van de kredietrente, de vertragingsrente en de rente op achterstallen.