Einde inhoudsopgave
Besluit spoorverkeer
Artikel 21
Geldend
Geldend vanaf 08-08-2023. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-07-2023
- Bronpublicatie:
10-07-2023, Stb. 2023, 276 (uitgifte: 07-08-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
08-08-2023, terugwerkend tot: 01-07-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-07-2023, Stb. 2023, 276 (uitgifte: 07-08-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Railvervoer
1.
Indien gereden wordt over hoofdspoorwegen als bedoeld in bijlage 2 bij het Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen, die gelegen zijn in een kruising of een samenloop met een voor het openbaar verkeer openstaande weg als bedoeld in de Wegenverkeerswet 1994, en die niet worden aangeduid als een overweg door middel van de borden J12 en J13 van bijlage 1 bij RVV 1990:
- a.
wordt de snelheid verminderd en wordt zo nodig gestopt als de veiligheid van het verkeer dat verlangt;
- b.
wordt de weggebruikers voorrang verleend;
- c.
worden de aanwijzingen 1 tot en met 7 van bijlage 2, behorende bij RVV 1990, opgevolgd;
- d.
worden aan de weggebruikers de voor het rijden van de trein en voor de veiligheid van het verkeer benodigde stoptekens, bedoeld in artikel 82, vierde lid, van RVV 1990, en andere aanwijzingen gegeven.
2.
Wanneer de stoptekens en aanwijzingen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, niet door de bestuurder kunnen worden gegeven, worden deze gegeven door de begeleider van de trein.