Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2014/92/EU betreffende de vergelijkbaarheid van de in verband met betaalrekeningen aangerekende vergoedingen, het overstappen naar een andere betaalrekening en de toegang tot betaalrekeningen met basisfuncties
Artikel 10 De overstapdienst
Geldend
Geldend vanaf 17-09-2014
- Bronpublicatie:
23-07-2014, PbEU 2014, L 257 (uitgifte: 28-08-2014, regelingnummer: 2014/92/EU)
- Inwerkingtreding
17-09-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-07-2014, PbEU 2014, L 257 (uitgifte: 28-08-2014, regelingnummer: 2014/92/EU)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
EU-recht / Marktintegratie
1.
De lidstaten zorgen ervoor dat de overstapdienst op verzoek van de consument door de ontvangende betalingsdienstaanbieder wordt geïnitieerd. De overstapdienst voldoet ten minste aan de leden 2 tot en met 6.
De lidstaten kunnen ten opzichte van de in de leden 2 tot en met 6 bedoelde maatregelen alternatieve maatregelen vaststellen of in stand houden, mits
- a)
dat duidelijk in het belang van de consument is,
- b)
er geen extra lasten voor de consument ontstaan, en
- c)
de overstap in ieder geval binnen eenzelfde globaal tijdsbestek als bedoeld in de leden 2 tot en met 6 wordt afgewikkeld.
2.
De ontvangende betalingsdienstaanbieder verricht de overstapdienst bij ontvangst van de door de consument verleende toestemming. Bij twee of meer rekeninghouders wordt de toestemming door elk van de rekeninghouders verleend.
De toestemming wordt opgesteld in een officiële taal van de lidstaat waar de overstapdienst geïnitieerd wordt of in een andere door de partijen overeengekomen taal.
De toestemming biedt de consument de mogelijkheid de overdragende betalingsdienstaanbieder specifiek toestemming te verlenen om elk van de in lid 3 vermelde taken te verrichten, en de ontvangende betalingsdienstaanbieder specifiek toestemming te verlenen om elk van de in lid 5 vermelde taken te verrichten.
De toestemming biedt de consument de mogelijkheid de over te dragen inkomende overmakingen, doorlopende mandaten voor overmakingen en automatische afschrijvingen specifiek te identificeren. De toestemming biedt de consument tevens de mogelijkheid te vermelden vanaf welke datum de doorlopende opdrachten voor overmakingen en automatische afschrijvingen moeten worden uitgevoerd vanaf de bij de ontvangende betalingsdienstaanbieder geopende of aangehouden betaalrekening.
Deze datum ligt ten minste zes werkdagen na de datum waarop de ontvangende betalingsdienstaanbieder de documenten ontvangt die de overdragende betalingsdienstaanbieder overeenkomstig lid 4 heeft overgedragen. De lidstaten kunnen voorschrijven dat de door de consument verleende toestemming op schrift wordt gesteld, en dat een kopie van de toestemming aan de consument wordt verstrekt.
3.
Binnen twee werkdagen na de ontvangst van de in lid 2 bedoelde toestemming verzoekt de ontvangende betalingsdienstaanbieder de overdragende betalingsdienstaanbieder, indien de door de consument verleende toestemming daarin voorziet, de volgende taken uit te voeren:
- a)
aan de ontvangende betalingsdienstaanbieder en, indien de consument daar specifiek om heeft verzocht, aan de consument een lijst toezenden van de bestaande doorlopende opdrachten voor overmakingen, alsmede de beschikbare informatie over mandaten voor automatische afschrijvingen die worden overgedragen;
- b)
aan de ontvangende betalingsdienstaanbieder en, indien de consument daar specifiek om heeft verzocht, aan de consument de beschikbare informatie toezenden over terugkerende inkomende overmakingen en door de crediteur aangestuurde automatische afschrijvingen die de voorafgaande 13 maanden op de betaalrekening van de consument zijn uitgevoerd;
- c)
indien de overdragende betalingsdienstaanbieder geen systeem aanbiedt voor het automatisch doorzenden van inkomende overmakingen en automatische afschrijvingen naar de betaalrekening die de consument bij de ontvangende betalingsdienstaanbieder aanhoudt, vanaf de in de toestemming bepaalde datum ophouden automatische afschrijvingen en inkomende overmakingen te aanvaarden;
- d)
vanaf de in de toestemming bepaalde datum doorlopende opdrachten annuleren;
- e)
op de door de consument bepaalde datum enig overblijvend positief saldo naar de bij de ontvangende betalingsdienstaanbieder geopende of aangehouden betaalrekening overbrengen, en
- f)
op de door de consument bepaalde datum de bij de overdragende betalingsdienstaanbieder aangehouden betaalrekening opheffen.
4.
Bij ontvangst van een verzoek van de ontvangende betalingsdienstaanbieder voert de overdragende betalingsdienstaanbieder de volgende taken uit indien de toestemming van de consument daarin voorziet:
- a)
binnen vijf werkdagen aan de ontvangende betalingsdienstaanbieder de in lid 3, onder a) en b), bedoelde informatie toezenden;
- b)
indien de overdragende betalingsdienstaanbieder geen systeem aanbiedt voor het automatisch doorzenden van de inkomende overmakingen en automatische afschrijvingen naar de betaalrekening die de consument bij de ontvangende betalingsdienstaanbieder heeft geopend of aanhoudt, vanaf de in de toestemming bepaalde datum ophouden inkomende overmakingen en automatische afschrijvingen te aanvaarden. De lidstaten kunnen voorschrijven dat de overdragende betalingsdienstaanbieder de betaler of de begunstigde in kennis stelt van de reden voor niet-aanvaarding van de betalingstransactie;
- c)
vanaf de in de toestemming bepaalde datum doorlopende opdrachten annuleren;
- d)
op de in de toestemming bepaalde datum enig overblijvend positief saldo van de betaalrekening overdragen naar de bij de ontvangende betalingsdienstaanbieder geopende of aangehouden betaalrekening;
- e)
onverminderd artikel 45, leden 1 en 6, van Richtlijn 2007/64/EG, de betaalrekening op de in de toestemming bepaalde datum opheffen indien de consument met betrekking tot deze betaalrekening geen openstaande verplichtingen meer heeft, mits de onder a), b) en d) van dit lid bedoelde verrichtingen zijn voltooid. Indien er van dergelijke openstaande verplichtingen sprake is, stelt de betalingsdienstaanbieder de consument er onverwijld van in kennis dat de betaalrekening van de consument niet kan worden opgeheven.
5.
Binnen vijf werkdagen na ontvangst van de in lid 3 bedoelde informatie waarom de overdragende betalingsdienstaanbieder is verzocht, voert de ontvangende betalingsdienstaanbieder de volgende taken uit voor zover en zoals vermeld in de toestemming en voor zover de door de overdragende betalingsdienstaanbieder of door de consument verstrekte informatie de ontvangende betalingsdienstaanbieder daartoe in staat stelt:
- a)
de doorlopende opdrachten voor overmakingen waarom door de consument is verzocht, instellen en vanaf de in de toestemming bepaalde datum uitvoeren;
- b)
alle nodige voorbereidingen treffen om automatische afschrijvingen te aanvaarden, en deze aanvaarden vanaf de in de toestemming bepaalde datum;
- c)
consumenten indien relevant in kennis stellen van hun rechten overeenkomstig artikel 5, lid 3, onder d), van Verordening (EU) nr. 260/2012;
- d)
de in de toestemming vermelde betalers die terugkerende inkomende overmakingen naar een betaalrekening van een consument verrichten, in kennis stellen van de gegevens betreffende de betaalrekening van de consument bij de ontvangende betalingsdienstaanbieder, en de betalers een kopie van de door de consument verleende toestemming toezenden. Als de ontvangende betalingsdienstaanbieder niet over alle informatie beschikt die hij nodig heeft om de betaler te informeren, verzoekt hij de consument of de overdragende betalingsdienstaanbieder de ontbrekende informatie te verstrekken;
- e)
de in de toestemming vermelde begunstigden die gebruikmaken van automatische afschrijving om vanaf de betaalrekening van de consument geldmiddelen te innen, op de hoogte brengen van de gegevens betreffende de betaalrekening van de consument bij de ontvangende betalingsdienstaanbieder, en van de datum vanaf welke automatische afschrijvingen vanaf die betaalrekening zullen worden uitgevoerd, en de begunstigden een kopie van de door de consument verleende toestemming toezenden. Als de ontvangende betalingsdienstaanbieder niet over alle informatie beschikt die hij nodig heeft om de begunstigde te informeren, verzoekt hij de consument of de overdragende betalingsdienstaanbieder de ontbrekende informatie te verstrekken;
Indien de consument besluit persoonlijk de onder d) en e) van de eerste alinea van dit lid bedoelde informatie te verstrekken aan de betalers of begunstigden in plaats van overeenkomstig lid 2 daartoe aan de ontvangende betalingsdienstaanbieder specifieke toestemming te verlenen, verstrekt de ontvangende betalingsdienstaanbieder aan de consument standaardbrieven met de gegevens van de betaalrekening en de in de toestemming vermelde aanvangsdatum, waarbij de in de eerste alinea van dit lid, bedoelde termijn in acht wordt genomen.
6.
Onverminderd artikel 55, lid 2, van Richtlijn 2007/64/EG blokkeert de overdragende betalingsdienstaanbieder vóór de in de door de consument verleende toestemming vermelde datum geen betaalinstrumenten, zodat de verlening van betaaldiensten aan de consument niet wordt onderbroken gedurende het overstapproces.