Einde inhoudsopgave
Wet op de kansspelbelasting
Artikel 2 [Begrip kansspel]
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2021
- Bronpublicatie:
11-11-2020, Stb. 2020, 472 (uitgifte: 25-11-2020, kamerstukken: 35437)
20-02-2019, Stb. 2019, 127 (uitgifte: 27-03-2019, kamerstukken: 33996)
19-12-2018, Stb. 2018, 509 (uitgifte: 28-12-2018, kamerstukken: 35031)
- Inwerkingtreding
01-10-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-04-2021, Stb. 2021, 224 (uitgifte: 11-05-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
26-04-2021, Stb. 2021, 224 (uitgifte: 11-05-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
26-04-2021, Stb. 2021, 224 (uitgifte: 11-05-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Kansspelbelasting (V)
1.
Onder kansspelen worden verstaan gelegenheden, gegeven tot mededinging naar:
- a.
prijzen en premies, indien de aanwijzing der winnaars geschiedt door enige kansbepaling waarop de deelnemers in het algemeen geen overwegende invloed kunnen uitoefenen, met inbegrip van piramidespelen en met uitzondering van levensverzekeringen en premieleningen;
- b.
prijzen en premies, uitgeloofd ten behoeve van de deelnemers aan een prijsvraag van welke aard ook, tenzij een wetenschappelijke of kunstzinnige prestatie wordt gevorderd, dan wel een prestatie waarmee het algemeen maatschappelijk belang wordt gediend.
2.
Onder kansspelen op afstand worden verstaan kansspelen die op afstand met elektronische communicatiemiddelen worden gegeven en waaraan wordt deelgenomen zonder fysiek contact met degene die gelegenheid geeft of die voor deelname aan die kansspelen ruimte en middelen ter beschikking stelt, met uitzondering van promotionele kansspelen en kansspelen waarvoor op grond van een ander artikel dan artikel 31a, eerste lid, van de Wet op de kansspelen een vergunning is verleend.
3.
Onder kansspelautomatenspel wordt verstaan een kansspel dat bestaat uit een door de speler in werking gesteld mechanisch, elektrisch of elektronisch proces, waarbij het resultaat kan leiden tot rechtstreekse of niet-rechtstreekse uitkering van prijzen, met inbegrip van extra speelduur.
4.
Onder piramidespelen worden verstaan gelegenheden waarbij deelnemers een goed afgeven of een verplichting aangaan teneinde daaruit een voordeel te verwerven dat geheel of ten dele afhankelijk is van de afgifte van een goed of het aangaan van een verplichting door latere deelnemers.
5.
Onder casinospelen worden verstaan casinospelen als bedoeld in artikel 27i van de Wet op de kansspelen, met inbegrip van spelen die naar hun aard en opzet vergelijkbaar zijn met dergelijke casinospelen.
6.
Kansspelen worden als binnenlands beschouwd, indien zij worden gehouden door natuurlijke personen of door lichamen in de zin van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, van wie een of meer in Nederland wonen of zijn gevestigd.
7.
Kansspelen worden als buitenlands beschouwd, indien zij niet vallen onder het zesde lid.