Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Spaanse Staat tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen
Artikel 12 Royalty's
Geldend
Geldend vanaf 20-09-1972
- Bronpublicatie:
16-06-1971, Trb. 1971, 144 (uitgifte: 13-08-1971, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
20-09-1972
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-1972, Trb. 1972, 141 (uitgifte: 01-01-1972, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Royalty's afkomstig uit een van de Staten en betaald aan een inwoner van de andere Staat, mogen in die andere Staat worden belast.
2.
Deze royalty's mogen echter in de Staat waaruit zij afkomstig zijn, overeenkomstig de wetgeving van die Staat worden belast, maar de aldus geheven belasting mag 6 percent van het bruto-bedrag van de royalty's niet overschrijden.
3.
De uitdrukking ‘royalty's’, zoals gebezigd in dit artikel, betekent vergoedingen van welke aard ook voor het gebruik van, of voor het recht van gebruik van, een auteursrecht op een werk op het gebied van letterkunde, kunst of wetenschap — daaronder begrepen films —, van een octrooi, een fabrieks- of handelsmerk, een tekening of model, een plan, een geheim recept of een geheime werkwijze, dan wel voor het gebruik van, of het recht van gebruik van, nijverheids- en handelsuitrusting of wettenschappelijke uitrusting, of voor inlichtingen omtrent ervaringen op het gebied van nijverheid, handel of wetenschap.
4.
Een bedrag ineens uit de verkoop van rechten of zaken als bedoeld in het derde lid is slechts belastbaar in de Staat waarvan de vervreemder inwoner is.
5.
De bepalingen van het eerste, tweede en vierde lid zijn niet van toepassing, indien de genieter van de royalty's of het in het voorgaande lid bedoelde bedrag ineens, die inwoner is van een van de Staten, in de andere Staat waaruit de royalty's of het bedrag ineens afkomstig zijn, een vaste inrichting heeft en het recht of de zaak uit hoofde waarvan de royalty's verschuldigd zijn, tot het bedrijfsvermogen van die vaste inrichting behoort. In een zodanig geval zijn de bepalingen van artikel 7 van toepassing.
6.
Royalty's worden geacht uit een van de Staten afkomstig te zijn, indien zij worden betaald door die Staat zelf, door een staatkundig onderdeel, door een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam of door een inwoner van die Staat. Indien evenwel de persoon die de royalty's betaalt, ongeacht of hij inwoner van een van de Staten is of niet, in een van de Staten een vaste inrichting heeft waarvoor het contract op grond waarvan de royalty's worden betaald, was gesloten, en deze royalty's ten laste komen van die vaste inrichting, worden deze royalty's geacht afkomstig te zijn uit de Staat waar de vaste inrichting is gevestigd.
7.
Indien, tengevolge van een bijzondere verhouding tussen de schuldenaar en de schuldeiser of tussen hen beiden en een derde, het bedrag van de betaalde royalty's, in aanmerking nemende het gebruik, het recht of de inlichtingen waarvoor zij worden betaald, hoger is dan het bedrag dat zonder zulk een verhouding door de schuldenaar en de schuldeiser zou zijn overeengekomen, vinden de bepalingen van dit artikel slechts op het laatstbedoelde bedrag toepassing. In dat geval blijft het daarboven uitgaande deel van het betaalde bedrag belastbaar overeenkomstig de wetgeving van elk van de Staten, zulks met inachtneming van de overige bepalingen van deze Overeenkomst.