Einde inhoudsopgave
Wet op de Kamer van Koophandel
Artikel 42 [Goedkeuring begroting]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2014
- Bronpublicatie:
25-11-2013, Stb. 2013, 507 (uitgifte: 10-12-2013, kamerstukken: 33553)
- Inwerkingtreding
01-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2013, Stb. 2013, 508 (uitgifte: 10-12-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Onverminderd artikel 29, tweede lid, van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen kan Onze Minister aan de begroting goedkeuring onthouden indien hij bezwaar heeft tegen de hoogte van het voorgestelde bedrag dat met toepassing van artikel 39 in de rijksbegroting zal worden opgenomen.
2.
Bij de goedkeuring kan Onze Minister in afwijking van de begroting een bedrag bestemmen voor een bepaalde taak als bedoeld in de artikelen 5 en 24 tot en met 28. Uitgaven van de Kamer in strijd met de bestemming kunnen door Onze Minister geheel of gedeeltelijk in mindering worden gebracht op bijdragen in de daaropvolgende jaren.
3.
Onze Minister verstrekt in het desbetreffende jaar in een door hem te bepalen ritme een bijdrage ter hoogte van de kosten die krachtens artikel 39, tweede lid, ten laste komen van de rijksbegroting.
4.
Indien voor uitgaven in een bepaalde maand nog geen begroting is goedgekeurd, is de Kamer gerechtigd uitgaven te doen tot ten hoogste een door Onze Minister voor die maand vastgesteld bedrag.