Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2019/1238 inzake een pan-Europees persoonlijk pensioenproduct (PEPP)
Artikel 34 Specificatie van wensen en behoeften en adviesverlening
Geldend
Geldend vanaf 14-08-2019
- Bronpublicatie:
20-06-2019, PbEU 2019, L 198 (uitgifte: 25-07-2019, regelingnummer: 2019/1238)
- Inwerkingtreding
14-08-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2019, PbEU 2019, L 198 (uitgifte: 25-07-2019, regelingnummer: 2019/1238)
- Vakgebied(en)
Pensioenen / Algemeen
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Verzekeringsrecht / Europees verzekeringsrecht
Europees belastingrecht / Algemeen
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
1.
Voorafgaand aan de sluiting van een PEPP-overeenkomst stelt de PEPP-aanbieder of PEPP-distributeur, op basis van de van de potentiële PEPP-spaarder vereiste en ontvangen informatie, de pensioenwensen en -behoeften van die potentiële PEPP-spaarder vast, inclusief de mogelijke behoefte om een annuïteitenproduct te verwerven, en verstrekt hij de potentiële PEPP-spaarder objectieve en begrijpelijke informatie over het PEPP om hem in staat te stellen met kennis van zaken een beslissing te nemen.
Iedere voorgestelde PEPP-overeenkomst sluit aan bij de pensioenwensen en -behoeften van de PEPP-spaarder, rekening houdend met zijn of haar opgebouwde pensioenrechten.
2.
De PEPP-aanbieder of PEPP-distributeur verleent de potentiële PEPP-spaarder advies alvorens er een PEPP-overeenkomst wordt gesloten en doet de potentiële PEPP-spaarder een gepersonaliseerde aanbeveling waarin wordt uitgelegd waarom een bepaald PEPP, inclusief een specifieke beleggingsoptie, in voorkomende geval, het best aansluit bij de wensen en behoeften van de PEPP-spaarder.
De PEPP-aanbieder of PEPP-distributeur verschaft de potentiële PEPP-spaarder ook gepersonaliseerde pensioenprojecties voor het aanbevolen product, op basis van de vroegste datum waarop de afbouwfase kan starten, en een waarschuwing dat die projecties kunnen verschillen van de uiteindelijke waarde van de ontvangen PEPP-uitkeringen. Indien de pensioenprojecties op basis van economische scenario's worden opgesteld, bevat die informatie ook het meest realistische scenario en een ongunstig scenario, rekening houdend met de specifieke aard van de PEPP-overeenkomst.
3.
Indien een basis-PEPP wordt aangeboden zonder ten minste een garantie op het kapitaal, geeft de PEPP-aanbieder of -distributeur duidelijk aan dat er PEPP's beschikbaar zijn met een garantie op het kapitaal, om welke redenen hij een basis-PEPP aanbeveelt op basis van een risicolimiteringstechniek die consistent is met de doelstelling om de PEPP-spaarder in staat te stellen het kapitaal te recupereren en wijst hij duidelijk op eventuele bijkomende risico's die deze PEPP's kunnen inhouden ten opzichte van een op een kapitaalgarantie gebaseerd basis-PEPP dat een garantie op het kapitaal biedt. Deze uitleg wordt schriftelijk verstrekt.
4.
Bij het verstrekken van advies vraagt de in artikel 23, lid 1, onder c), van deze verordening bedoelde PEPP-aanbieder of PEPP-distributeur de potentiële PEPP-spaarder hem informatie te verschaffen met betrekking tot de voor het aangeboden of gevraagde PEPP relevante kennis en ervaring van de betrokken persoon op het gebied van beleggingen, de financiële situatie van de betrokken persoon, met inbegrip van diens vermogen om verliezen te dragen, zijn beleggingsdoelstellingen en zijn risicotolerantie, zodat de PEPP-aanbieder of PEPP-distributeur in staat is de potentiële PEPP-spaarder één of meer PEPP's aan te bevelen die voor hem geschikt zijn en, in het bijzonder, in overeenstemming zijn met zijn risicotolerantie en vermogen om verliezen te dragen.
5.
De verantwoordelijkheden van de PEPP-aanbieder of PEPP-distributeur worden niet beperkt door het feit dat het advies geheel of gedeeltelijk wordt verstrekt via een geautomatiseerd of semi-geautomatiseerd systeem.
6.
Onverminderd strenger sectorale recht, waarborgen PEPP-aanbieders en PEPP-distributeurs, en tonen zij op verzoek aan de bevoegde autoriteiten aan, dat natuurlijke personen die advies over PEPP's verlenen, over de nodige kennis en bekwaamheid beschikken om hun verplichtingen krachtens deze verordening na te komen. De lidstaten maken de criteria ter beoordeling van deze kennis en bekwaamheid openbaar.