Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Bermuda (zoals gemachtigd door de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland) tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot natuurlijke personen
Artikel 3 Algemene begripsbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 01-02-2010
- Bronpublicatie:
08-06-2009, Trb. 2009, 232 (uitgifte: 22-12-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-02-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-01-2010, Trb. 2010, 33 (uitgifte: 29-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Voor de toepassing van dit Verdrag, tenzij de context anders vereist:
- a.
betekent de uitdrukking ‘verdragsluitende partij’ Nederland of Bermuda, al naargelang de context vereist; betekent de uitdrukking ‘verdragsluitende partijen’ Nederland en Bermuda;
- b.
betekent de uitdrukking ‘Bermuda’ de eilanden van Bermuda, met inbegrip van de omringende territoriale zee, in overeenstemming met het internationale recht;
- c.
betekent de uitdrukking ‘Nederland’ het deel van het Koninkrijk der Nederlanden dat in Europa is gelegen, met inbegrip van zijn territoriale zee en elk gebied buiten de territoriale zee waarbinnen Nederland, in overeenstemming met het internationale recht, rechtsmacht heeft of soevereine rechten uitoefent;
- d.
betekent de uitdrukking ‘het internationale verkeer’ alle vervoer met een schip of luchtvaartuig, geëxploiteerd door een onderneming waarvan de plaats van de werkelijke leiding in een verdragsluitende partij is gelegen, behalve wanneer het schip of luchtvaartuig uitsluitend wordt geëxploiteerd tussen plaatsen die in de andere verdragsluitende partij zijn gelegen;
- e.
heeft de uitdrukking ‘onderneming’ betrekking op het uitoefenen van een bedrijf;
- f.
betekent de uitdrukking ‘bevoegde autoriteit’:
- i.
in Nederland de minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger;
- ii.
in het geval van Bermuda, de minister van Financiën of een bevoegde vertegenwoordiger van de minister;
2.
Wat betreft de toepassing van het Verdrag op enig moment door een partij heeft, tenzij de context anders vereist, elke daarin niet omschreven uitdrukking de betekenis welke die uitdrukking op dat moment heeft volgens de wetgeving van die partij met betrekking tot de belastingen waarop het Verdrag van toepassing is, waarbij elke betekenis volgens de toepasselijke belastingwetgeving van die partij prevaleert boven een betekenis die volgens andere wetgeving van die partij aan die uitdrukking wordt gegeven.