Einde inhoudsopgave
Wet minimumbelasting 2024
Artikel 12.4 Vergrijpboete overtreden inlichtingenverplichting
Geldend
Geldend vanaf 31-12-2023
- Redactionele toelichting
Vindt voor het eerst toepassing met betrekking tot verslagjaren die aanvangen op of na 31-12-2023.
- Bronpublicatie:
20-12-2023, Stb. 2023, 510 (uitgifte: 27-12-2023, kamerstukken: 36369)
- Inwerkingtreding
31-12-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2023, Stb. 2023, 510 (uitgifte: 27-12-2023, kamerstukken: 36369)
- Vakgebied(en)
Minimumbelasting (V)
Fiscaal bestuursrecht / Boete
1.
Indien het aan opzet of grove schuld van de belastingplichtige is te wijten dat de verplichting, bedoeld in artikel 12.2, eerste lid, niet is of wordt nagekomen, vormt dit een vergrijp ter zake waarvan de inspecteur hem een bestuurlijke boete kan opleggen van ten hoogste 100% van de in het tweede lid omschreven grondslag voor de boete.
2.
De grondslag voor de boete wordt gevormd door het bedrag aan belasting dat als gevolg van het niet nakomen van de verplichting, bedoeld in artikel 12.2, eerste lid, ten onrechte niet zou zijn geheven.
3.
Voor de toepassing van dit artikel is artikel 67o, derde lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen van overeenkomstige toepassing.
4.
De bevoegdheid tot het opleggen van een vergrijpboete op grond van het eerste lid vervalt door verloop van zes jaren en vier maanden na afloop van het verslagjaar waarover de belasting is verschuldigd.
5.
Indien artikel 14.3, eerste en tweede lid, toepassing vindt, vervalt de bevoegdheid tot het opleggen van een vergrijpboete op grond van het eerste lid door verloop van zes jaren en zeven maanden na afloop van het verslagjaar waarover de belasting is verschuldigd.