Einde inhoudsopgave
Wet pleziervaartuigen 2016
Artikel 5
Geldend
Geldend vanaf 18-01-2016
- Bronpublicatie:
23-12-2015, Stb. 2016, 26 (uitgifte: 15-01-2016, kamerstukken: 34265)
- Inwerkingtreding
18-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-2015, Stb. 2016, 26 (uitgifte: 15-01-2016, kamerstukken: 34265)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
In afwijking van artikel 4, derde lid, is het toegestaan om:
- a.
gedeeltelijk afgebouwde vaartuigen op de markt aan te bieden wanneer deze vergezeld gaan van een verklaring van de fabrikant of importeur, overeenkomstig bijlage III van de richtlijn en in de door Onze Minister vast te stellen talen, waaruit blijkt dat deze bestemd zijn om door anderen te worden afgebouwd;
- b.
onderdelen op de markt aan te bieden of in bedrijf te stellen indien deze vergezeld gaan van een EU-conformiteitsverklaring van de fabrikant of van de importeur waaruit blijkt dat deze onderdelen aan de in bijlage I van de richtlijn opgenomen essentiële eisen voldoen en bestemd zijn om in vaartuigen te worden gemonteerd;
- c.
de in artikel 6, vierde lid, van de richtlijn bedoelde voortstuwingsmotoren onder de in dat artikel genoemde voorwaarden op de markt aan te bieden of in bedrijf te stellen;
- d.
de in artikel 3, eerste lid, bedoelde producten die niet aan deze richtlijn voldoen, op handelsbeurzen, tentoonstellingen, demonstraties en soortgelijke evenementen te tonen, mits met een zichtbaar teken duidelijk is aangegeven dat die producten niet aan de in bijlage I van de richtlijn opgenomen essentiële eisen voldoen en niet in de Unie op de markt worden aangeboden of in bedrijf gesteld voordat zij daarmee in overeenstemming zijn gebracht.