Einde inhoudsopgave
Verzamelbesluit Lijfrenten
2.6 Geruisloze terugstorting van te veel betaalde premie of te hoge inleg
Geldend
Geldend vanaf 23-12-2021
- Bronpublicatie:
13-12-2021, Stcrt. 2021, 48029 (uitgifte: 22-12-2021, regelingnummer: 2021-22413)
- Inwerkingtreding
23-12-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2021, Stcrt. 2021, 48029 (uitgifte: 22-12-2021, regelingnummer: 2021-22413)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Persoonsgebonden aftrek
Inkomstenbelasting / Uitgaven voor inkomensvoorzieningen
In de praktijk blijkt dat belastingplichtigen een hoger bedrag aan premie of inleg betalen dan er aan jaarruimte en/of reserveringsruimte is. Als gevolg hiervan is een betaald bedrag (gedeeltelijk) niet aftrekbaar als uitgave voor een inkomensvoorziening. Als het niet-afgetrokken bedrag hoger is dan € 2.269 speelt het volgende. Terugstorting van het te veel betaalde bedrag leidt tot afkoop of deblokkering van de lijfrente. Bij de belastingplichtige worden dan negatieve uitgaven voor inkomensvoorzieningen in aanmerking genomen en hij is revisierente verschuldigd. Als de belastingplichtige het te veel betaalde bedrag niet laat terugstorten, kan hij het bedrag niet (geheel) aftrekken terwijl in de uitkeringsfase de uitkeringen belast zijn, omdat ten hoogste rekening kan worden gehouden met een bedrag aan niet afgetrokken premies of inleg van € 2.269.
Het regime waarin lijfrenten met de voor box 1 kwalificerende vorm verplicht worden belast in box 1, kan ruw uitwerken in de situatie dat een belastingplichtige geen aftrek heeft gehad. Het staat echter voorop dat het primair de verantwoordelijkheid van de belastingplichtige zelf is dat hij zijn ruimte voor de lijfrentepremieaftrek juist berekent. Het blijkt echter dat zich in de praktijk toch situaties voordoen waarin ik de hiervoor geschetste fiscale gevolgen ongewenst acht. Daarom keur ik op grond van artikel 63 AWR (hardheidsclausule) het volgende goed.
Goedkeuring
Ik keur goed dat als de financiële instelling de te veel betaalde premie of de te hoge inleg op de lijfrente terugstort, de lijfrente in zoverre wordt geacht niet te zijn afgekocht of gedeblokkeerd. Onder een ‘te veel betaalde premie of te hoge inleg’ wordt in deze paragraaf verstaan het deel van het betaalde bedrag dat hoger is dan de aftrekruimte – jaarruimte en/of reserveringsruimte – in het betreffende jaar. Het gaat daarbij om elke te hoge betaling/inleg boven de geldende aftrekruimte, ongeacht de hoogte van het bedrag, dus ook om bedragen die lager zijn dan € 2.269. De financiële instelling kan het te veel betaalde bedrag zonder fiscale gevolgen terugstorten naar de belastingplichtige. Hiervoor is een verklaring van de inspecteur van de Belastingdienst over het terug te storten bedrag nodig.
Deze goedkeuring geldt alleen voor betalingen die zijn gedaan in het kalenderjaar van binnenkomst van het verzoek en de vijf daaraan voorafgaande jaren. Verzoeken die betrekking hebben op eerdere betalingen, wijs ik af.
Voorwaarden
Ik stel hierbij de volgende voorwaarden.
- —
De belastingplichtige doet een verzoek om toestemming voor terugstorting van het te veel betaalde bedrag aan de inspecteur.
- —
Voor zover de belastingplichtige aftrekmogelijkheden heeft, moeten deze worden toegepast. De goedkeuring laat niet de keuze open om bedragen waarvoor jaar- en reserveringsruimte bestaat, achteraf niet in aftrek te brengen.
- —
De belastingplichtige neemt het terug te storten bedrag alsnog op in de rendementsgrondslag van box 3 van de relevante jaren. Als de belastingplichtige een verzoek om terugstorting doet aan de inspecteur, gaat hij er — voor zover nodig — mee akkoord dat de inspecteur de belasting navordert.
Procedure
De inspecteur geeft een ‘verklaring geruisloze terugstorting’ af voor de te hoge betaling(en). Daartoe stelt de inspecteur op basis van door de belastingplichtige aan te leveren gegevens vast welke aftrekruimte — jaarruimte en/of reserveringsruimte — over het relevante jaar bestaat. Voor belastingjaren waarvan de aangiften inkomstenbelasting nog in behandeling zijn, verleent de inspecteur de berekende aftrek. Opgelegde aanslagen vermindert de inspecteur op basis van de berekende aftrek.
Op basis van de verklaring geruisloze terugstorting kan de financiële instelling de te hoge betaling zonder fiscale gevolgen aan de belastingplichtige terugstorten. Uitsluitend het volledige te veel betaalde bedrag kan fiscaal geruisloos worden teruggestort.
Als de inspecteur eerder een saldoverklaring met betrekking tot de te hoge betaling heeft afgegeven, vermeldt de inspecteur in de verklaring geruisloze terugstorting dat die saldoverklaring niet meer geldig is. Als met de eerder door de inspecteur afgegeven saldoverklaring door de financiële instelling al rekening is gehouden bij een lijfrente-uitkering, brengt de instelling het bedrag daarvan in mindering op het bedrag van de verklaring geruisloze terugstorting. De financiële instelling stort het bedrag binnen drie maanden na dagtekening van deze verklaring terug zonder inhouding van loonheffing.
Als nog geen renseignering van de door de belastingplichtige betaalde bedragen had plaatsgevonden, renseigneert de financiële instelling na het einde van het jaar het na de terugstorting door de belastingplichtige per saldo betaalde bedrag voor de lijfrente. Als wel renseignering van de door de belastingplichtige betaalde bedragen had plaatsgevonden, maakt de financiële instelling ter zake van de terugstorting een correctierenseignement op over het jaar van eerdere renseignering.