Einde inhoudsopgave
Besluit toezicht luchtvaart BES
Artikel 140
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Landsbesluit toezicht Luchtvaart, zoals gewijzigd bij het Aanpassingsbesluit openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (27-09-2010, Stb. 366). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
04-10-2010, Stb. 2010, 632 (uitgifte: 07-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
1.
Informatie met betrekking tot de toestand waarin het landingsterrein, het platform en de daarbij behorende voorzieningen zich bevinden, wordt onverwijld aan de vluchtvoorlichtingsdienst (AIS) en voor wat betreft het landingsterrein tevens aan de luchtverkeersdienst doorgegeven, opdat de noodzakelijke inlichtingen verstrekt kunnen worden aan de luchtvaartuigen, die landen of vertrekken. De informatie moet bijgewerkt zijn en veranderingen moeten onverwijld gemeld worden.
2.
De toestand, waarin het landingsterrein, het platform en de daarbij behorende voorzieningen zich bevinden, worden voor wat betreft hun werking gecontroleerd en met betrekking tot zaken die van belang zijn voor vluchtvoorbereiding en vluchtuitvoering of die de prestaties van luchtvaartuigen betreffen, wordt in het bijzonder melding gemaakt van:
- a.
constructie- en onderhoudswerkzaamheden;
- b.
ruw of beschadigd oppervlak op een baan of rijbaan;
- c.
water op de baan;
- d.
andere gevaren van tijdelijke aard, daaronder begrepen geparkeerde luchtvaartuigen;
- e.
uitvallen of onregelmatige werking van een deel of van alle lichten van het luchtvaartterrein;
- f.
uitvallen van de normale of reserve energievoorziening.
3.
Ten aanzien van de informatie, controles en meldingen, bedoeld in het eerste en tweede lid, kunnen door de Minister nadere voorschriften worden vastgesteld en kunnen aanwijzingen worden gegeven.
4.
De exploitant van een luchtvaartterrein draagt er zorg voor dat een regeling tot stand komt met de AIS inzake de ontvangst en distributie van de informatie bedoeld in het eerste en tweede lid.