Einde inhoudsopgave
Besluit Voorschrift Informatiebeveiliging Rijksdienst Bijzondere Informatie 2013 (VIRBI 2013)
Artikel 9 Commissie van onderzoek
Geldend
Geldend vanaf 01-06-2013
- Bronpublicatie:
01-06-2013, Stcrt. 2013, 15497 (uitgifte: 12-06-2013, regelingnummer: 3124134)
- Inwerkingtreding
01-06-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-06-2013, Stcrt. 2013, 15497 (uitgifte: 12-06-2013, regelingnummer: 3124134)
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Preventie
Openbare orde en veiligheid / Riskmanagement
1.
Een commissie van onderzoek wordt ingesteld door de secretaris-generaal.
2.
De commissie stelt een onderzoek in naar:
- a.
de wijze waarop de compromittering heeft plaatsgevonden;
- b.
de aard en de omvang van de schade aan de belangen van de Staat of zijn bondgenoten;
- c.
de te nemen maatregelen om de schade te beperken en herhaling te voorkomen.
3.
De commissie voert, indien de gecompromitteerde bijzondere informatie (mede) afkomstig is van een ander ministerie, haar onderzoek uit in overleg met de BVA van dat ministerie. In het geval dat de gecompromitteerde bijzondere informatie krachtens een internationaal verdrag of overeenkomst is verkregen voert de commissie haar onderzoek uit in samenwerking met de instantie die krachtens het verdrag of de overeenkomst verantwoordelijk is voor de beveiliging ervan.
4.
De secretaris-generaal of een door hem aangewezen ambtenaar treft, op basis van de bevindingen van de commissie van onderzoek, maatregelen om de schade die de compromittering heeft toegebracht aan de veiligheid of andere gewichtige belangen van de Staat of zijn bondgenoten te beperken en herhaling van de compromittering te voorkomen.
5.
Indien het de compromittering van een staatsgeheim betreft stelt de secretaris-generaal het hoofd van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst in kennis van de uitkomsten van het onderzoek. Bij het ministerie van Defensie wordt de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst op de hoogte gesteld van de uitkomsten van het onderzoek.