Einde inhoudsopgave
Wet op het notarisambt
Artikel 30c [Voorwaarden voor toevoeging]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2014
- Bronpublicatie:
02-06-2014, Stb. 2014, 202 (uitgifte: 12-06-2014, kamerstukken: 33569)
- Inwerkingtreding
01-07-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-06-2014, Stb. 2014, 224 (uitgifte: 26-06-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Notaris
Burgerlijk procesrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Een kandidaat-notaris komt in aanmerking voor toevoeging aan een notaris indien hij voldoet aan de voorwaarden van artikel 6, met uitzondering van het tweede lid, onderdeel b, onder 4°, en indien wordt voldaan aan de voorwaarden die volgen uit artikel 30b, tweede lid.
2.
Het verzoek om goedkeuring van de toevoeging wordt ingediend door de notaris en de kandidaat-notaris gezamenlijk. Artikel 8 is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de bij het verzoek over te leggen bewijsstukken tevens betrekking hebben op de vervulling van de voorwaarden die volgen uit artikel 30b, tweede lid, en dat het advies van de Commissie toegang notariaat tevens ziet op de vraag of aan deze voorwaarden wordt voldaan. Aan de goedkeuring kunnen nadere voorwaarden worden verbonden.
3.
De toegevoegd notaris die aan een notaris wordt toegevoegd, legt, indien dit nog niet eerder heeft plaatsgevonden, in verband met de aanvaarding van zijn toevoeging de eed af voor de rechtbank in het arrondissement waarin de kamer voor het notariaat is gevestigd waaronder de notaris aan wie hij wordt toegevoegd ressorteert. Artikel 3, tweede tot en met vijfde lid, en artikel 4 zijn van overeenkomstige toepassing.