Einde inhoudsopgave
Wet aansprakelijkheid olietankschepen
Artikel 15 [Certificaat]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2008
- Bronpublicatie:
05-03-2007, Stb. 2007, 105 (uitgifte: 22-03-2007, kamerstukken: 30544)
- Inwerkingtreding
01-01-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-12-2007, Stb. 2007, 499 (uitgifte: 01-01-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Onze Minister geeft aan de eigenaar van een in Nederland teboekstaand schip of van een schip dat niet is teboek gesteld in een Staat die bij het Verdrag partij is, op diens verzoek een certificaat af als omschreven in artikel VII, tweede lid, van het Verdrag en in de vorm van het model uit de Bijlage van het Verdrag, of waarmerkt als certificaat een door de verstrekker van financiële zekerheid in deze vorm ten behoeve van de eigenaar afgegeven document, indien hem is gebleken dat de eigenaar aan zijn in artikel 11 bedoelde verplichting voldoet.
2.
Bij het verzoek moet de eigenaar de volgende gegevens en stukken overleggen:
- a.
de naam en woonplaats van de eigenaar en de plaats waar diens hoofdkantoor is gevestigd;
- b.
een uittreksel uit de registratie voor schepen als bedoeld in artikel 101, eerste lid, van de Kadasterwet vermeldende tenminste de gegevens bedoeld in artikel 85, tweede lid, onder a, c, d, e, f, g en i, van die wet, alsmede de gegevens omtrent niet doorgehaalde voorlopige aantekeningen, met dien verstande dat ingeval dat uittreksel meer dan twee dagen vóór de dag der overlegging is afgegeven, op dat uittreksel een verklaring van de bewaarder van het kadaster en de openbare registers moet voorkomen, afgegeven binnen voornoemde termijn van twee dagen, dat sedert de afgifte de op dat uittreksel vermelde gegevens geen wijziging hebben ondergaan;
- c.
een afschrift van de overeenkomst tot verstrekking van financiële zekerheid;
- d.
de naam, en de plaats waar het hoofdkantoor is gevestigd van degene die de financiële zekerheid verstrekt en, zo nodig, het kantoor waar deze zekerheid wordt verstrekt;
- e.
het tijdstip waarop de financiële zekerheid ingaat en het tijdstip waarop deze een einde neemt.