Einde inhoudsopgave
Algemene landsverordening belastingen [Aruba]
Artikel 60 [Boeteoplegging geschiedt bij voor bezwaar vatbare beschikking]
Geldend
Geldend vanaf 20-12-2007
- Redactionele toelichting
De tekst van dit artikel, zoals deze luidde op 20-12-2007 is overgenomen uit Vakstudie Belastingen van de Koninkrijksdelen buiten Europa.
- Bronpublicatie:
18-12-2007, Afkondigingsblad van Aruba 2007, 112 (uitgifte: 19-12-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
20-12-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-12-2007, Afkondigingsblad van Aruba 2007, 112 (uitgifte: 19-12-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Aruba
1.
De Inspecteur legt de boete op bij voor bezwaar vatbare beschikking.
2.
Onverminderd artikel 61, eerste en tweede lid, deelt de Inspecteur de belastingplichtige of inhoudingsplichtige, uiterlijk bij de in het eerste lid bedoelde beschikking, de gronden mede waarop de oplegging van de boete berust.
3.
De Inspecteur kan, in afwijking van het eerste en tweede lid, binnen zes maanden na de vaststelling van de navorderings- of naheffingsaanslag een boete opleggen, indien de feiten of omstandigheden op grond waarvan wordt nagevorderd of nageheven, eerst bekend werden binnen zes maanden vóór de afloop van de in artikel 13, derde lid, respectievelijke artikel 16, bedoelde termijnen en er tevens aanwijzingen zijn dat het aan opzet of grove schuld van de belastingplichtige of inhoudingsplichtige is te wijten dat de aanslag tot een te laag bedrag is vastgesteld, dan wel anderszins te weinig belasting is geheven. In een zodanig geval doet de Inspecteur, vóór of gelijktijdig met de vaststelling van de navorderings- dan wel naheffingsaanslag, mededeling aan de belastingplichtige of inhoudingsplichtige dat wordt onderzocht of in verband met de navordering of naheffing het opleggen van een vergrijpboete gerechtvaardigd is.
4.
Op verzoek van de belastingplichtige of inhoudingsplichtige, die de kennisgeving wegens zijn gebrekkige kennis van de Papiamentse of Nederlandse taal onvoldoende begrijpt, draagt de Inspecteur er zoveel mogelijk zorg voor dat de in die kennisgeving vermelde gronden aan de belastingplichtige of inhoudingsplichtige worden medegedeeld in een voor hem begrijpelijke taal.
5.
Indien de boete gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van een belastingaanslag, wordt het bedrag van de boete afzonderlijk op het aanslagbiljet vermeld.
6.
De boete is invorderbaar een maand na dagtekening van de beschikking, voor zover een belastingverordening niet anders voorschrijft. In afwijking van de eerste volzin is ten aanzien van een boete die gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van een belastingaanslag, de invorderingstermijn die geldt voor die belastingaanslag van toepassing.
7.
De boete wordt ingevorderd overeenkomstig de voorschriften die gelden voor de invordering van belastingen.