Einde inhoudsopgave
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
Artikel 1018k [Verbindendheid uitspraak]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Redactionele toelichting
Het inwerkingtredingsbesluit is gecorrigeerd via een verbeterblad (20-12-2019).
- Bronpublicatie:
20-03-2019, Stb. 2019, 130 (uitgifte: 01-04-2019, kamerstukken: 34608)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-11-2019, Stb. 2019, 447 (uitgifte: 04-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Vervoersrecht / Algemeen
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
1.
Zodra een uitspraak ingevolge deze titel onherroepelijk is geworden, is deze voor ieder der partijen en voor de in artikel 1018i, eerste lid, onder a en b, bedoelde personen, verbindend. Tenzij de uitspraak uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, kunnen deze personen vanaf het tijdstip waarop de uitspraak onherroepelijk is geworden aanspraak maken op een vergoeding op de wijze en onder de voorwaarden vermeld in de uitspraak waarbij een collectieve schadeafwikkeling is vastgesteld.
2.
Voor een persoon als bedoeld in artikel 1018i, eerste lid, onder a, die bij de in artikel 1018f, derde lid, bedoelde aankondiging niet met zijn schade bekend kon zijn, heeft een uitspraak ingevolge deze titel geen gevolg indien hij na het bekend worden van zijn schade door een schriftelijke mededeling aan de gedaagde of, indien een collectieve schadeafwikkeling is vastgesteld, aan de in artikel 907, tweede lid, onder g, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, bedoelde persoon, heeft laten weten niet gebonden te willen zijn. De gedaagde kan een persoon als bedoeld in het eerste lid schriftelijk een termijn van ten minste zes maanden stellen waarbinnen deze kan laten weten niet gebonden te willen zijn. Bij een uitspraak ingevolge deze titel waarbij een collectieve schadeafwikkeling is vastgesteld overeenkomstig artikel 1018i moet de gedaagde daarbij ook mededeling doen van de persoon bedoeld in artikel 907, tweede lid, onder g.