Einde inhoudsopgave
Wet op de geneesmiddelenvoorziening BES
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2011
- Redactionele toelichting
Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 05.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
16-12-2010, Stb. 2010, 830 (uitgifte: 24-12-2010, kamerstukken: 32428)
- Inwerkingtreding
01-01-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-12-2010, Stb. 2010, 831 (uitgifte: 24-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Individuele gezondheidszorg
1.
Tot uitoefening der artsenijbereidkunde zijn bevoegd:
- a.
apothekers
- b.
geneeskundigen, voor zoveel hun dat is toegestaan krachtens artikel 35;
- c.
apothekers-assistenten, gedurende de uitoefening hunner werkzaamheden in een apotheek, mits onder toezicht van een apotheker of van een geneeskundige als bedoeld in artikel 35.
- d.
andere personen, rechtspersonen daaronder begrepen, aan wie daartoe door Onze Minister vergunning is verleend. Onze Minister kan aan de vergunning voorwaarden verbinden, de vergunning weigeren of deze intrekken, indien het belang der volksgezondheid zulks vordert. De vergunning of intrekking is met redenen omkleed. De vergunning strekt[lees: strekt tot] bereiden, invoeren, in voorraad hebben, verkopen, afleveren, of verhandelen, dan wel een combinatie van deze in het groot van geneesmiddelen. Onder afleveren in het groot wordt mede verstaan het uitvoeren en doorvoeren van geneesmiddelen. De vergunninghouder mag niet over de toonbank verkopen nog open winkel houden.
2.
Onze Minister kan aan personen, die niet bevoegd zijn tot uitoefening van de artsenijbereidkunde, vergunning verlenen tot het in voorraad hebben, afleveren, terhandstellen dan wel een combinatie van het in voorraad hebben, afleveren of terhandstellen van bepaalde bij die vergunning aan te wijzen verpakte geneesmiddelen. Onze Minister kan aan de vergunning voorwaarden verbinden, de vergunning weigeren of deze intrekken, indien het belang van de volksgezondheid zulks vordert.
3.
Aan personen, die niet bevoegd zijn tot uitoefening van artsenijbereidkunde, is het bereiden, het in voorraad hebben, het afleveren of terhandstellen van geneesmiddelen verboden, met uitzondering van het in voorraad hebben, afleveren of terhandstellen van de zelfstandigheden aangewezen krachtens het eerste of van de geneesmiddelen aangewezen krachtens het tweede lid van artikel 2 en het in voorraad hebben, afleveren of terhandstellen van verpakte geneesmiddelen krachtens een vergunning als bedoeld in het tweede lid.