Einde inhoudsopgave
Wet inburgering 2021
Artikel 34 Gegevensverstrekking aan Onze Minister
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
15-12-2021, Stb. 2021, 627 (uitgifte: 20-12-2021, kamerstukken: 35897)
02-12-2020, Stb. 2021, 38 (uitgifte: 02-02-2021, kamerstukken: 35483)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-12-2021, Stb. 2021, 628 (uitgifte: 20-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
30-11-2021, Stb. 2021, 586 (uitgifte: 03-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
Inburgering (V)
Sociale zekerheid boeten en maatregelen (V)
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
1.
Het college verstrekt, uit eigen beweging of op verzoek, aan Onze Minister de gegevens die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taken die Onze Minister op grond van deze wet heeft ten aanzien van de vaststelling van de inburgeringsplicht, de examinering, het verlengen van de termijn, het verstrekken van leningen en de handhaving in het kader van de inburgeringsplicht.
2.
De rijksbelastingdienst verstrekt op verzoek aan Onze Minister de inkomensgegevens die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de artikelen 20 en 21.
3.
Cursusinstellingen verstrekken, uit eigen beweging of op verzoek, aan Onze Minister de gegevens die noodzakelijk zijn voor de handhaving van de inburgeringsplicht en de verlenging van de inburgeringstermijn, en de aangewezen cursusinstelling, bedoeld in artikel 20, vijfde lid, verstrekt op verzoek aan Onze Minister, de gegevens die noodzakelijk zijn in verband met de verstrekte lening aan de inburgeringsplichtige.
4.
De door Onze Minister aangewezen organisaties die belast zijn met de uitvoering van een internationale diplomawaardering verstrekken, uit eigen beweging of op verzoek, aan Onze Minister de gegevens die noodzakelijk zijn in verband met die diplomawaardering.
5.
Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en het College voor toetsen en examens, genoemd in artikel 2 van de Wet College voor toetsen en examens verstrekken, uit eigen beweging of op verzoek, aan Onze Minister de gegevens die noodzakelijk zijn voor de handhaving van de inburgeringsplicht en de examinering.
6.
Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers, bedoeld in artikel 2 van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers, verstrekt Onze Minister gegevens over de verblijfsplaats van de inburgeringsplichtige, waaronder de verblijfsplaats waar de inburgeringsplichtige op grond van artikel 28 van de Huisvestingswet zal worden gehuisvest.