Administratiebesluit milieugevaarlijke stoffen en preparaten
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 01-06-2008
- Bronpublicatie:
29-04-2008, Stb. 2008, 160 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-06-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-04-2008, Stb. 2008, 160 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Milieugevaarlijke stoffen
Milieurecht / Inrichtingen en activiteiten - algemene regels
1.
De administratieplichtige dient de gegevens, bedoeld in de artikelen 1a en artikel 2, op zodanige wijze te administreren dat hij deze over de periode gedurende welke de bewaarplicht ingevolge het derde lid, geldt, indien Onze Minister daarom verzoekt, binnen vier weken schriftelijk kan overleggen, gespecificeerd per stof onderscheidenlijk preparaat, per afnemer en per kalenderjaar.
2.
De administratieplichtige kan, in afwijking van het eerste lid, voor stoffen, al dan niet verwerkt in een preparaat, die zijn bestemd voor particuliere huishoudens of voor afnemers in het buitenland volstaan met een zodanige wijze van administreren van gegevens dat hij op verzoek van Onze Minister binnen vier weken schriftelijk opgave kan doen van de totale hoeveelheid die hij van een stof in een kalenderjaar aan elk van de genoemde categorieën van gebruikers ter beschikking heeft gesteld.
3.
De administratieplichtige dient de gegevens, bedoeld in het eerste, onderscheidenlijk het tweede lid, te bewaren gedurende ten minste 10 jaren vanaf het tijdstip waarop hij die gegevens krijgt.
4.
Indien toepassing wordt gegeven aan het tweede lid, dient de administratieplichtige tevens de namen en adressen van de afnemers van de stoffen en preparaten, bestemd voor de desbetreffende categorie van gebruikers, gedurende één jaar overeenkomstig het in het eerste lid bepaalde te bewaren.
5.
Met betrekking tot preparaten, ten aanzien waarvan artikel 2, tweede lid, van toepassing is, dient de administratieplichtige tevens te bewaren de namen en adressen van de leveranciers over de jaren waarvoor de bewaarplicht ingevolge het derde lid geldt.