Einde inhoudsopgave
Regeling Europese EZK- en LNV-subsidies 2021
Artikel 5.2.24
Geldend
Geldend vanaf 23-07-2022
- Bronpublicatie:
11-07-2022, Stcrt. 2022, 18453 (uitgifte: 22-07-2022, regelingnummer: WJZ/ 22162633)
- Inwerkingtreding
23-07-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-07-2022, Stcrt. 2022, 18453 (uitgifte: 22-07-2022, regelingnummer: WJZ/ 22162633)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Subsidie
1.
Een verzoek om erkenning omvat ter uitvoering van artikel 154, vierde lid, van verordening 1308/2013 de volgende stukken:
- a.
de oprichtingsakte en statuten;
- b.
het huishoudelijk reglement;
- c.
notulen van de oprichtingsvergadering;
- d.
het meerjarenplan met daarin in ieder geval een algemene beschrijving van de missie, visie en doelen van de productenorganisatie;
- e.
de bestuursnotitie omtrent de afzet en aanbodbundeling;
- f.
de bestuursnotitie omtrent de uitbesteding van activiteiten;
- g.
de ledenlijst;
- h.
indien aanwezig de jaarrekeningen van de producentenorganisatie over het laatste boekjaar;
- i.
de beschrijving van de administratieve organisatie en interne beheersing, bedoeld in artikel 5.2.14;
- j.
de beschrijving van de samenstelling van het bestuur;
- k.
de procuratieregeling;
- l.
het autorisatieschema;
- m.
een organogram;
- n.
de bevoegdhedenmatrix en parafenlijst;
- o.
een beschrijving van de ondernemingsstructuur en ondernemingen waarin één of meer producentenorganisaties of unies van producentenorganisaties aandelen of maatschappelijk kapitaal bezitten en die bijdraagt tot de verwezenlijking van de doelstellingen van die organisaties of unies;
- p.
een beschrijving van de goederenlogistiek; en
- q.
een opgave van de waarde van de afzetbare productie, met inachtneming van de artikelen 5.2.34 tot en met 5.2.38.
2.
De referentieperiode voor het bepalen van de waarde van de afzetbare productie is het kalenderjaar twee jaar vóór het jaar van de erkenningsaanvraag.
3.
Indien dit nodig is voor de beoordeling van het verzoek om erkenning, bedoeld in artikel 154, vierde lid, van verordening 1308/2013 kan de minister de producentenorganisatie verzoeken om aanvullende schriftelijke bewijsstukken.