Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) nr. 1071/2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels betreffende de voorwaarden waaraan moet zijn voldaan om het beroep van wegvervoerondernemer uit te oefenen en tot intrekking van Richtlijn 96/26/EG van de Raad
Artikel 16 Nationale elektronische registers
Geldend
Geldend vanaf 20-08-2020
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 21-02-2022.
- Bronpublicatie:
15-07-2020, PbEU 2020, L 249 (uitgifte: 31-07-2020, regelingnummer: 2020/1055)
- Inwerkingtreding
20-08-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-07-2020, PbEU 2020, L 249 (uitgifte: 31-07-2020, regelingnummer: 2020/1055)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
Met het oog op de uitvoering van de onderhavige verordening, en met name van de artikelen 11 tot en met 14 en artikel 26, houdt elke lidstaat een nationaal elektronisch register bij van de wegvervoerondernemingen die van een bevoegde instantie een vergunning hebben gekregen voor de uitoefening van het beroep van wegvervoerondernemer. De verwerking van de gegevens in dat register staat onder toezicht van de daartoe aangewezen overheidsinstantie. De relevante gegevens in dit nationale elektronische register zijn toegankelijk voor alle bevoegde instanties van de betrokken lidstaat.
De Commissie geeft uiterlijk op 31 december 2009 een beschikking aangaande de minimumeisen inzake de gegevens die vanaf de oprichting in het nationale elektronische register ingevoerd moeten worden, teneinde de toekomstige koppeling van de registers te vergemakkelijken. Zij kan aanbevelen om naast de in lid 2 bedoelde gegevens ook de voertuigregistratienummers op te nemen.
2.
In het nationale elektronische register zijn ten minste de volgende gegevens opgenomen:
- a)
de naam en de rechtsvorm van de onderneming;
- b)
het adres van haar vestiging;
- c)
de namen van de vervoersmanagers die zijn aangewezen als vervoersmanagers die voldoen aan de in artikel 3 vastgestelde vereisten in verband met betrouwbaarheidsstatus en vakbekwaamheid of, in voorkomend geval, de naam van een juridische vertegenwoordiger;
- d)
de aard van de vergunning, het aantal voertuigen waarop de vergunning betrekking heeft en in voorkomend geval het serienummer van de communautaire vergunning en de voor eensluidend gewaarmerkte afschriften;
- e)
het aantal, de categorie en het type ernstige inbreuken als bedoeld in artikel 6, lid 1, onder b), die de afgelopen twee jaar hebben geleid tot een veroordeling of sanctie;
- f)
de namen van de personen die de afgelopen twee jaar ongeschikt zijn verklaard om de leiding te hebben over de vervoersactiviteiten van een onderneming zolang de betrouwbaarheidsstatus van deze personen niet is hersteld overeenkomstig artikel 6, lid 3, alsmede de toepasselijke rehabilitatiemaatregelen;
- g)
de registratiekentekens van de voertuigen waarover de onderneming beschikt, overeenkomstig artikel 5, lid 1, onder g);
- h)
het aantal werknemers in de onderneming op 31 december van het voorgaande jaar, dat uiterlijk op 31 maart van elk jaar wordt vastgelegd in het nationale register;
- i)
de risicoclassificatie van de onderneming, overeenkomstig artikel 9, lid 1, van Richtlijn 2006/22/EG.
De in de eerste alinea, onder a) tot en met d), bedoelde gegevens zijn openbaar toegankelijk, overeenkomstig de relevante bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens.
De lidstaten kunnen ervoor kiezen de gegevens bedoeld in de eerste alinea, onder e) tot en met i), op te nemen in afzonderlijke registers. In dergelijke gevallen worden de onder e) en f) bedoelde gegevens op verzoek beschikbaar gesteld of zijn ze rechtstreeks toegankelijk voor alle bevoegde instanties van de betrokken lidstaat. De opgevraagde informatie wordt binnen vijf werkdagen na ontvangst van het verzoek verschaft.
De onder g), h) en i) van de eerste alinea bedoelde gegevens zijn uiterlijk twaalf maanden na de inwerkingtreding van de overeenkomstig lid 6 vastgestelde uitvoeringshandeling waarin de functies worden uiteengezet die zorgen dat de gegevens tijdens wegcontroles toegankelijk zijn voor de bevoegde autoriteiten.
De in de eerste alinea, onder e) tot en met i), bedoelde gegevens zijn alleen voor andere dan de bevoegde autoriteiten toegankelijk indien die andere autoriteiten naar behoren beschikken over controle- en sanctiebevoegdheden met betrekking tot het wegvervoer en de ambtenaren daarvan bij eed tot geheimhouding verplicht zijn of een andere formele geheimhoudingsplicht hebben.
3.
De gegevens betreffende een onderneming waarvan de vergunning is geschorst of is ingetrokken, worden na het verstrijken van de schorsing of de intrekking van de vergunning gedurende twee jaar in het nationale elektronische register bewaard, en worden onmiddellijk daarna verwijderd.
Gegevens betreffende personen die ongeschikt voor het beroep van wegvervoerondernemer zijn verklaard, blijven in het nationale elektronische register bewaard, zolang de betrouwbaarheidsstatus van die personen niet is hersteld overeenkomstig artikel 6, lid 3. Wanneer een dergelijke rehabilitatiemaatregel of een andere maatregel met een gelijkwaardig effect genomen is, worden de gegevens onmiddellijk verwijderd.
In de gegevens bedoeld in de eerste en de tweede alinea wordt naar behoren vermeld om welke redenen de vergunning is geschorst of ingetrokken of om welke reden de betrokken persoon ongeschikt is verklaard, alsmede voor welke duur.
4.
De lidstaten nemen alle nodige maatregelen om te garanderen dat alle gegevens in het nationale elektronische register actueel en correct zijn.
5.
Onverminderd lid 1 en lid 2 nemen de lidstaten de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de nationale elektronische registers vanuit de gehele Gemeenschap via de nationale contactpunten als aangegeven in artikel 18 onderling gekoppeld en toegankelijk zijn. De toegankelijkheid via de nationale contactpunten en de onderlinge koppeling moeten uiterlijk op 31 december 2012 zijn gerealiseerd en wel zodanig dat de bevoegde instanties uit alle lidstaten de nationale elektronische registers van alle andere lidstaten kunnen raadplegen.
6.
Gemeenschappelijke regels voor de uitvoering van lid 5, zoals het formaat van de uitgewisselde gegevens, de technische procedures voor de elektronische raadpleging van de nationale elektronische registers van andere lidstaten en de bevordering van de interoperabiliteit van deze registers met andere relevante databanken worden door de Commissie vastgesteld overeenkomstig de in artikel 25, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure, en wel voor het eerst vóór 31 december 2010. Deze gemeenschappelijke regels moeten bepalen welke instantie verantwoordelijk is voor de toegang tot, het verdere gebruik en de bijwerking van de gegevens na raadpleging en moeten derhalve voorschriften bevatten over registratie van en toezicht op de gegevens.
Uiterlijk 14 maanden na de vaststelling van een uitvoeringshandeling over een gemeenschappelijke formule voor de berekening van risicoclassificatie als bedoeld in artikel 9, lid 1, van Richtlijn 2006/22/EG stelt de Commissie een uitvoeringshandeling vast waarin de functies die het mogelijk maken dat de onder g), h) en i) van lid 2, eerste alinea, bedoelde gegevens tijdens wegcontroles aan de bevoegde autoriteiten ter beschikking worden gesteld, worden gespecificeerd.
Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 25, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.