Einde inhoudsopgave
Wet op de economische delicten
Artikel 30 [Hoger beroep tegen voorlopige maatregelen]
Geldend
Geldend vanaf 01-05-1992
- Bronpublicatie:
27-11-1991, Stb. 1991, 663 (uitgifte: 17-12-1991, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 21241 Overheid.nl: 21241)
- Inwerkingtreding
01-05-1992
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-03-1992, Stb. 1992, 116 (uitgifte: 01-01-1992, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Financiën
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Economische Zaken
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Sancties
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
1.
Van de in de artikelen 28 en 29 bedoelde rechterlijke bevelen en beschikkingen kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen en de verdachte binnen veertien dagen na de betekening in beroep komen bij het gerechtshof.
2.
Het hof beslist zo spoedig mogelijk. De verdachte wordt gehoord, althans behoorlijk opgeroepen.